Problemen met de netwerkverbinding

Kan Embedded Web Server niet openen

Actie

Ja

Nee

Stap 1

Controleer of de printer is ingeschakeld.


Is de printer ingeschakeld?

Ga naar stap 2.

Zet de printer aan.

Stap 2

Zorg ervoor dat het IP-adres van de printer correct is.

Het IP-adres van de printer weergeven:

  • Vanuit het startscherm

  • Vanuit het gedeelte TCP/IP in het menu Netwerk/poorten

  • Door een netwerkconfiguratiepagina of pagina met menu-instellingen af te drukken of en het gedeelte TCP/IP te controleren

Opmerking: Een IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld 123.123.123.123.


Is het IP-adres van de printer correct?

Ga naar stap 3.

Typ het juiste IP-adres van de printer in de adresbalk.

Stap 3

Controleer of u een ondersteunde browser gebruikt:

  • Internet Explorer® versie 11 of hoger

  • Microsoft EdgeTM

  • Safari versie 10 of hoger

  • Google ChromeTM versie 60 of hoger

  • Mozilla Firefox versie 54 of hoger


Wordt uw browser ondersteund?

Ga naar stap 4.

Installeer een ondersteunde browser.

Stap 4

Controleer of de netwerkverbinding actief is.


Is de netwerkverbinding actief?

Ga naar stap 5.

Neem contact op met uw beheerder.

Stap 5

Zorg ervoor dat de kabelverbindingen met de printer en afdrukserver goed zijn bevestigd. Raadpleeg de documentatie die bij de printer is geleverd voor meer informatie.


Zitten de kabels goed vast?

Ga naar stap 6.

Bevestig de kabelaansluiting.

Stap 6

Controleer of de webproxyservers zijn uitgeschakeld.


Zijn de webproxyservers uitgeschakeld?

Ga naar stap 7.

Neem contact op met uw beheerder.

Stap 7

Krijg toegang tot de Embedded Web Server.


Wordt de Embedded Web Server geopend?

Het probleem is opgelost.

Contact klantenondersteuning.


Flashstation kan niet worden gelezen

Actie

Ja

Nee

Stap 1

Controleer of de printer niet bezig is met de verwerking van een andere afdruk-, kopieer-, scan- of faxtaak.


Is de printer klaar?

Ga naar stap 2.

Wacht tot de printer klaar is met het verwerken van de andere taak.

Stap 2

Controleer of het flashstation in de USB-poort aan de voorzijde is geplaatst.

Opmerking: Het flashstation werkt niet als het in de USB-aansluiting aan de achterzijde is geplaatst.


Is het flashstation in de juiste poort geplaatst?

Ga naar stap 3.

Plaats het flashstation in de juiste poort.

Stap 3

Controleer of het flashstation wordt ondersteund. Zie Ondersteunde flashstations en bestandstypen voor meer informatie.


Wordt het flashstation ondersteund?

Ga naar stap 4.

Plaats een ondersteund flashstation.

Stap 4

  1. Controleer of de USB-poort is ingeschakeld. Zie USB-poort activeren voor meer informatie.

  2. Verwijder het flashstation en plaats het vervolgens weer.


Herkent de printer het flashstation?

Het probleem is opgelost.

Contact klantenondersteuning.


USB-poort activeren

Blader op het bedieningspaneel naar:

Instellingen > Netwerk/poorten > USB > Activeer USB-poort

Voor printermodellen zonder touchscreen drukt u op de knop Selecteren om door de instellingen te navigeren.

Status van de printerconnectiviteit controleren

  1. Pagina met netwerkinstellingen afdrukken.

    Blader op het bedieningspaneel naar:

    Instellingen > Rapporten > Netwerk > Pagina Netwerkinstellingen

    Voor printermodellen zonder touchscreen drukt u op de knop Selecteren om door de instellingen te navigeren.

  2. Controleer het eerste gedeelte van de pagina om te zien of bij Status wordt aangegeven dat de printer is aangesloten.

    Als bij Status wordt aangegeven dat de printer niet is aangesloten, is het mogelijk dat het LAN-aansluitpunt niet actief is of dat de netwerkkabel niet is aangesloten of niet goed functioneert. Neem contact op met uw beheerder voor ondersteuning.