Papierstoringen verhelpen

Voorkomen van papierstoringen

Papier correct plaatsen
Gebruik aanbevolen papier

Locaties van storingen bepalen

Opmerkingen:

Gebieden voor papierstoringen in de printer met genummerde toelichtingen.
Gebieden voor papierstoringen in de printer met genummerde toelichtingen.
 

Storingslocaties

1

Multifunctionele invoer

2

Klep A

3

Automatische documentinvoer

4

Standaardlade

5

Horizontale transporteenheid

6

Niet-, perforatiefinisher

7

Standaardlade

8

2000 vel, lade voor

9

Nietfinisher

10

Optionele laden


Papier vast in de standaardlade

  1. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  2. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in het verhittingsgedeelte wordt verwijderd.
  3. Trek de standaard papierlade naar buiten.

    Met de handgreep aan de voorkant wordt de lade naar buiten getrokken.
  4. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in de standaardlade wordt verwijderd.
  5. Plaats de lade en sluit vervolgens klep A.

Papier is vastgelopen in optionele laden

  1. Open klep B.

    De klep aan de linkerkant van de optionele lade wordt geopend.
  2. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in klep B wordt verwijderd.
  3. Sluit de klep.

  4. Trek de optionele lade voor 520 vel of de dubbele invoer voor 2000 vel naar buiten

    Met de handgreep aan de voorkant wordt de lade naar buiten getrokken.
  5. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in de optionele lade wordt verwijderd.
  6. Trek bij laden met dubbele invoer hendel C naar buiten en open vervolgens de binnenklep.

    Hendel C in de dubbele invoer wordt uitgetrokken en de binnenklep wordt geopend.
  7. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier onder de binnenklep wordt verwijderd.
  8. Sluit de klep en duw hendel C naar binnen.

  9. Plaats de lade terug.

Papier vastgelopen in de multifunctionele invoer

Verwijder het vastgelopen papier.

Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
Vastgelopen papier in de multifunctionele invoer wordt verwijderd.

Papier vastgelopen in de lade voor 2000 vel

  1. Schuif de lade naar links.

    Lade voor 2000 vel wordt van de printer weggeschoven.
  2. Open klep J en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in klep J wordt verwijderd.
  3. Sluit de klep en schuif vervolgens de lade terug op zijn plaats.

  4. Trek de lade naar buiten en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Met de handgreep aan de voorkant wordt de lade naar buiten getrokken.
  5. Plaats de lade terug.

Papier vast in klep A

  1. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  2. Verwijder het vastgelopen papier uit de volgende locaties:

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    • Verhittingsgedeelte

      Vastgelopen papier in het verhittingsgedeelte wordt verwijderd.
    • Eenheid voor dubbelzijdig afdrukken

      Vastgelopen papier in de duplexeenheid wordt verwijderd.
    • Klep C

      Klep C wordt omlaag gebracht en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  3. Sluit klep A.

Papier vastgelopen in de standaardlade

  1. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  2. Open klep C en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Klep C wordt omlaag gebracht en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  3. Sluit klep C en sluit vervolgens klep A.

  4. Verwijder het vastgelopen papier uit de standaardlade.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier wordt uit de standaardlade verwijderd.

Papier vastgelopen in de automatische documentinvoer

  1. Verwijder alle originele documenten uit de ADF-lade.

  2. Open de klep van de ADF.

    Er wordt aan de ADF-klep getrokken en vervolgens wordt de ADF-klep geopend.
  3. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in de ADF wordt omhoog getrokken en verwijderd.
  4. Sluit de ADF-klep.

Papier vastgelopen in de nietfinisher

  1. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  2. Open klep A1 en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    De hendel van de klep wordt omlaag geduwd en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  3. Sluit klep A1 en sluit vervolgens klep A.

  4. Open de bovenklep van de finisher en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    De klep van de nietfinisher wordt opgetild en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  5. Sluit de klep.

  6. Open de voorklep van de finisher, draai aan de knop en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    De knop aan de voorkant van de nietfinisher wordt rechtsom gedraaid en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  7. Sluit de klep.

  8. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  9. Open klep C en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Klep C wordt omlaag gebracht en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  10. Sluit klep C en sluit vervolgens klep A.

Vastgelopen papier in de finisher met niet- en perforeerfunctie

  1. Open klep A.

    attentiepictogram heet oppervlak LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
    Klep aan de linkerkant van de printer is geopend.
  2. Open klep A1 en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    De hendel van de klep wordt omlaag geduwd en het vastgelopen papier wordt verwijderd.
  3. Sluit klep A1 en sluit vervolgens klep A.

  4. Open papiertransportklep F en verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    De papiertransportklep wordt opgetild en het vastgelopen papier wordt naar buiten getrokken.
  5. Sluit de papiertransportklep.

  6. Til de hendel van de finisher met niet- en perforeerfunctie omhoog om de klep te openen.

    De klep van de finisher met niet- en perforeerfunctie wordt geopend.
  7. Verwijder het vastgelopen papier.

    Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
    Vastgelopen papier in de finisher niet- en perforeerfunctie wordt verwijderd.
  8. Sluit de klep van de finisher