Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Zijden
|
Opgeven of op één zijde of beide zijden van de pagina wordt afgedrukt. |
Stijl voor omslaan
|
Opgeven welke zijde van het papier (lange zijde of korte zijde) wordt ingebonden bij dubbelzijdig afdrukken. |
Lege pagina's
|
Blanco pagina's afdrukken die zijn opgenomen in een afdruktaak. |
Sorteren
|
Hiermee stapelt u de pagina's van een afdruktaak op volgorde als u meerdere exemplaren van de taak afdrukt. |
Scheidingsvellen
|
Tijdens het afdrukken lege scheidingsvellen invoegen. |
Bron scheidingsblad
|
De papierbron voor het scheidingsvel opgeven. |
Pagina's per zijde
|
Meerdere pagina’s afdrukken op één zijde van het papier. |
Pagina's per zijde - sortering
|
De positionering van meerdere pagina's opgeven wanneer u het menu Pagina's per zijde gebruikt. |
Pagina's per zijde - afdrukstand
|
De afdrukstand van meerdere pagina's opgeven wanneer u Pagina's per zijde gebruikt. |
Pagina's per zijde - rand
|
Rond elke pagina een rand afdrukken wanneer u het menu Pagina's per zijde gebruikt. |
Exemplaren
|
Hiermee geeft u het aantal exemplaren voor afzonderlijke afdruktaken op. |
Afdrukgebied
|
Het afdrukbare gebied van een vel papier instellen. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Taak nieten
|
De nietpositie voor alle afdruktaken opgeven. Opmerking: Dit menu verschijnt alleen als u een nietfinisher hebt geïnstalleerd. |
Niettest
|
Bepalen of de nietfinisher goed functioneert. Opmerking: Dit menu verschijnt alleen als u een nietfinisher hebt geïnstalleerd. |
Perforeren
|
Perforaties aanbrengen aan de zijde van de afgedrukte uitvoer. Opmerking: Dit menu-item verschijnt alleen als er een niet- of perforatiefinisher is geïnstalleerd. |
Perforatiemodus
|
De perforatiemodus voor afgedrukte uitvoer instellen. Opmerkingen:
|
Verschuiving voor pagina's
|
De uitvoer van elke afdruktaak of elk exemplaar van een afdruktaak verschuiven. Opmerkingen:
|
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Printertaal
|
De printertaal instellen. Opmerking: Als een bepaalde printertaal als standaardtaal is ingesteld, betekent dit niet dat programma's geen afdruktaken kunnen verzenden die een andere printertaal gebruiken. |
Taak in wachtrij
|
Taken waarvoor supplies vereist zijn vasthouden en taken waarvoor deze supplies niet vereist zijn afdrukken. Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een vaste schijf van de printer is geïnstalleerd. |
Time-out taakwachtstand
|
Stel in seconden in hoe lang de printer op een handeling van de gebruiker wacht voordat de printer taken die niet-beschikbare bronnen vereisen, in de wacht zet. Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een vaste schijf is geïnstalleerd. |
Printergebruik
|
Bepaal hoe de ontwikkelaarseenheden tijdens het afdrukken werken. Opmerkingen:
|
Downloadbestemming
|
Geef op waar alle permanente bronnen die zijn gedownload naar de printer, moeten worden opgeslagen. Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een vaste schijf van de printer is geïnstalleerd. |
Bronnen opslaan
|
Geef op wat de printer doet met bronnen die in het geheugen zijn geladen als voor een afdruktaak onvoldoende geheugen beschikbaar is. Opmerkingen:
|
Volgorde voor alles afdrukken
|
Geef de volgorde op waarin alle vastgehouden en vertrouwelijke taken worden afgedrukt. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Afdrukmodus
|
Instellen hoe de printer gekleurde inhoud genereert. |
Afdrukresolutie
|
De resolutie instellen voor de afdrukuitvoer. |
Tonerintensiteit
|
De helderheid of donkerheid van afbeeldingen met tekst bepalen. |
Raster
|
Afdrukken verbeteren, zodat deze vloeiendere lijnen met scherpere randen hebben. |
Kleur besparen
|
De hoeveelheid toner beperken voor het afdrukken van illustraties en afbeeldingen. Opmerking: Als Aan is ingesteld, overschrijft deze instelling de waarde van de instelling Tonerintensiteit. |
RGB-helderheid
|
Pas de helderheid van elk RGB- en grijs object op de pagina aan. Opmerking: Deze instelling is niet van invloed op bestanden met CMYK-kleurspecificaties. |
RGB-contrast
|
Pas het contrast van elk RGB- en grijs object op een pagina aan. Opmerking: Deze instelling is niet van invloed op bestanden met CMYK-kleurspecificaties. |
RGB-verzadiging
|
Behoud de zwart-witwaarden terwijl u de kleurwaarden van elk object op de pagina aanpast. Opmerking: Deze instelling is niet van invloed op bestanden met CMYK-kleurspecificaties. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Taakadministratie
|
De printer zodanig instellen dat deze een log maakt voor de ontvangen afdruktaken. Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een flashgeheugen of vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. |
Frequentie administratielogbestand
|
Opgeven hoe vaak de printer een log maakt. |
Actie logbestand bij einde van frequentie
|
Instellen hoe de printer reageert aan het einde van de opgegeven frequentie. Opmerking: De waarde die is opgeven bij Frequentie administratielogbestand is bepalend voor het moment waarop deze actie wordt uitgevoerd. |
Log niveau bijna vol
|
Opgeven hoe groot het logbestand maximaal kan zijn voordat de printer de handeling Actielog bij bijna vol uitvoert. Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een flashgeheugen of vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. |
Actielog bij bijna vol
|
Opgeven hoe de printer reageert als de vaste schijf bijna vol is. Opmerking: De waarde die is opgeven bij Log niveau bijna vol bepaalt wanneer deze actie wordt uitgevoerd. |
Actielog bij vol
|
Opgeven hoe de printer reageert als het maximale vasteschijffgebruik is bereikt (100 MB). |
URL naar log Verst. |
Opgeven waar de logs worden geplaatst. |
E-mailadres voor verzenden logbestanden |
Geef het e-mailadres op waarnaar de logbestanden voor taakadministratie worden verzonden. |
Voorvoegsel logbestand |
Het voorvoegsel voor de naam van de logbestanden opgeven. Opmerking: Het huidige hostnaam die is opgegeven in het menu TCP/IP, wordt gebruikt als standaardvoorvoegsel voor het logbestand. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Formaat passend maken
|
Pagina-inhoud schalen zodat deze op het geselecteerde papierformaat past. |
Aantekeningen
|
Opgeven of annotaties in het PDF-bestand moeten worden afgedrukt. |
PDF-fout afdrukken
|
Afdrukken van PDF-fout inschakelen. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
PS-fout afdrukken
|
Een pagina afdrukken met de beschrijving van de PostScript®-fout. Opmerking: Als er een fout optreedt, wordt het verwerken van taken stopgezet, drukt de printer een foutmelding af en wordt de rest van de afdruktaak verwijderd. |
Minimumlijndikte
|
Stel de minimale lijnstukbreedte in. Opmerking: Taken die worden afgedrukt in 1200 dpi gebruiken de waarde rechtstreeks. |
PS-opstartmodus vergrendelen
|
Het bestand SysStart uitschakelen. Opmerking: Als u het bestand SysStart inschakelt, loopt uw printer of netwerk een veiligheidsrisico. |
Afbeelding glad
|
Het contrast en de scherpte verbeteren van afbeeldingen met een lage resolutie. Opmerking: Deze instelling is niet van invloed op afbeeldingen met een resolutie van 300 dpi of hoger. |
Voorkeurslettertype
|
De volgorde instellen waarin de printer lettertypen zoekt. Opmerkingen:
|
Wachttime-out
|
Schakel in dat de printer wacht op meer gegevens voordat een afdruktaak wordt geannuleerd. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Lettertypebron
|
Selecteer de bron die de standaardlettertypeselectie bevat. Opmerkingen:
|
Lettertypenaam
|
Selecteer een lettertype uit de opgegeven lettertypebron. |
Symbolenset
|
De symbolenset voor elke lettertypenaam weergeven. Opmerking: Een symbolenset is een set met alfabetische en numerieke tekens, interpunctie en speciale symbolen. Symbolensets ondersteunen de verschillende talen of specifieke toepassingen, zoals wiskundige symbolen voor wetenschappelijke teksten. |
Pitch
|
Geef de pitch voor vaste (monogespatieerde) lettertypen op. Opmerking: Pitch betreft het aantal niet-proportionele tekens per inch (in horizontale richting). |
Afdrukstand
|
De afdrukstand instellen van tekst en afbeeldingen op de pagina. |
Regels per pagina
|
Geef het aantal tekstregels op voor elke pagina die wordt afgedrukt via de PCL®-datastream. Opmerkingen:
|
PCL5 Minimumlijndikte
|
Stel de eerste minimale lijnstukbreedte in. |
PCLXL Minimumlijndikte
|
|
A4-breedte
|
Hiermee stelt u de breedte in van de logische pagina voor A4-papier. Opmerking: Logische pagina is de ruimte op de fysieke pagina waarop de gegevens worden afgedrukt. |
Automatisch HR na NR
|
De printer zodanig instellen dat deze een harde return uitvoert na de opdracht voor een nieuwe regel. Opmerking: Een harde return is een opdracht aan de printer om de cursor te verplaatsen naar de eerste positie op dezelfde regel. |
Automatisch NR na HR
|
De printer voert een nieuwe regel uit na de opdracht voor een harde return. |
Lade-nr. wijzigen
|
Configureer de printer voor gebruik met een andere printerdriver of aangepaste toepassing die gebruikmaakt van een andere set toewijzingen voor het aanvragen van een bepaalde papierbron. |
Lade-nr. wijzigen
|
Geef de fabriekswaarde weer voor elke papierbron. |
Lade-nr. wijzigen
|
Zet de ladenummers terug naar de fabriekswaarden. |
Afdruktime-out
|
Stel de printer zo in dat een afdruktaak wordt beëindigd nadat het apparaat gedurende een bepaalde tijd inactief is. |
Menuoptie |
Beschrijving |
---|---|
Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit een in de fabriek ingestelde waarde is. |
|
Autom. aanpassen
|
De beste beschikbare opties voor het papierformaat en de afdrukstand voor een afbeelding selecteren. Opmerking: Als deze optie is ingesteld op Aan, heeft dit menu-item prioriteit boven de instellingen voor de schaling en afdrukstand van de afbeelding. |
Inverteren
|
Tweekleurige zwart-witafbeeldingen omkeren. Opmerking: Dit menu-item geldt niet voor GIF- of JPEG-afbeeldingen. |
Schaling
|
De afbeelding aanpassen zodat deze in het afdrukbare gebied past. Opmerking: Als Autom. aanpassen is ingesteld op Aan, wordt Schaling automatisch ingesteld op Meest gelijkend. |
Afdrukstand
|
De afdrukstand instellen van tekst en afbeeldingen op de pagina. |