Gebruik | Voor |
---|---|
1 Dit menu-item verschijnt alleen op printermodellen met aanraakscherm. 2 Dit menu-item verschijnt alleen op printermodellen zonder aanraakscherm. | |
Taal op display
| De taal van de tekst op de display selecteren. Opmerking: Niet alle talen zijn op alle modellen beschikbaar. Mogelijk moet u voor sommige talen speciale hardware installeren. |
Supplyschattingen tonen
| Schattingen weergeven van de supplies op het bedieningspaneel, Embedded Web Server, menu-instellingen en statistiekrapporten van het apparaat. |
Ecomodus
| Gebruik van energie, papier of speciaal afdrukmateriaal minimaliseren. Opmerkingen:
|
Stille modus
| Geluid van de printer beperken. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Eerste installatie uitvoeren
| De installatiewizard uitvoeren. |
Toetsenbord1
| Geef een taal en informatie op voor de aangepaste toets op het toetsenbord op de display. |
Papierformaten
| Hiermee geeft u de maateenheden voor papierformaten op. Opmerkingen:
|
Weergegeven informatie1
| Opgeven wat in de bovenste hoeken van het startscherm wordt weergegeven. Maak een keuze uit de volgende instellingen:
Opmerkingen:
|
Weergegeven informatie1
| De tekst opgeven die in de bovenste hoeken van het startscherm wordt weergegeven. Opmerking: U kunt maximaal 32 tekens invoeren. |
Weergegeven informatie (vervolg)1
| De weergegeven informatie voor zwarte toner opgeven. Maak een keuze uit de volgende instellingen:
Opmerkingen:
|
Weergegeven informatie (vervolg)1
| Hiermee kunt u de weergegeven informatie voor bepaalde menu's aanpassen. Maak een keuze uit de volgende instellingen:
Opmerkingen:
|
Beginscherm aanpassen
| De pictogrammen wijzigen die worden weergegeven in het startscherm. Maak een keuze uit de volgende instellingen:
|
Datumnotatie1
| Hiermee stelt u de notatie van de printerdatum in. Opmerking: MM-DD-YYYY is de standaardinstelling. DD-MM-YYYY is de internationale standaardinstelling. |
Tijdsnotatie1
| Hiermee stelt u de notatie van de printertijd in. Opmerking: 12-uurs klok is de standaardinstelling. |
Helderheid van het scherm1
| De helderheid van het display aanpassen. Opmerking: 100 is de standaardinstelling. |
Geluidsfeedback1
| Stel het volume van de knop en de feedback in. Opmerkingen:
|
Bladwijzers weergeven1
| Instellen of bladwijzers worden weergegeven in het gedeelte met wachttaken. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
Vernieuwingsfrequentie webpagina1
| Het aantal seconden instellen voordat de Embedded Web Server wordt vernieuwd. Opmerking: 120 is de standaardinstelling. |
Naam contactpersoon1 | Geef een contactpersoon op voor de printer. Opmerking: De naam van de contactpersoon wordt opgeslagen op de Embedded Web Server. |
Locatie1 | Geef de locatie van de printer op. Opmerking: De locatie wordt opgeslagen op de Embedded Web Server. |
Alarmen1
| Hiermee stelt u een alarmsignaal in dat wordt afgespeeld wanneer de gebruiker moet ingrijpen. Maak een keuze uit de volgende instellingen:
Opmerkingen:
|
Time-outs
| Instellen na hoeveel tijd inactief te zijn de printer overschakelt op de stand-bymodus. Opmerking: De standaardinstelling is "15" minuten. |
Time-outs
| Instellen na hoeveel tijd inactief te zijn de printer overschakelt op de slaapstand. Opmerkingen:
|
Time-outs
| Een taak afdrukken terwijl het display is uitgeschakeld. Opmerking: Het display is standaard ingeschakeld tijdens het afdrukken. |
Time-outs
| Hiermee wordt ingesteld na hoeveel tijd de printer overschakelt naar de sluimerstand. Opmerking: 3 dagen is de standaardinstelling. |
Time-outs
| De printer instellen op de sluimerstand zelfs als er een actieve Ethernet-verbinding is. Opmerking: Sluimerstand is de standaardinstelling. |
Time-outs
| Instellen na hoeveel tijd inactief te zijn de printer terugkeert naar de werkstand Gereed. Opmerking: "30 seconden" is de standaardinstelling. |
Time-outs
| Blijf op dezelfde locatie en stel de time-out van het scherm opnieuw in, in plaats van terug te keren naar het beginscherm. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Time-outs
| Stel de printer zo in dat een afdruktaak wordt beëindigd nadat het apparaat gedurende een bepaalde tijd inactief is. Opmerkingen:
|
Time-outs
| Instellen hoelang de printer wacht op gegevens van de host. Opmerkingen:
|
Time-outs
| Instellen hoelang de printer op een handeling van de gebruiker wacht voordat de printer taken in de wacht zet die niet-beschikbare bronnen vereisen. Opmerkingen:
|
Error Recovery
| Stel de printer in om opnieuw op te starten als er een fout optreedt. Opmerking: Altijd opnieuw opstarten is de standaardinstelling. |
Error Recovery
| Het aantal keren automatisch opnieuw opstarten instellen dat de printer kan uitvoeren. Opmerking: "2" is de standaardinstelling. |
Afdrukherstel
| Hiermee krijgt de printer opdracht automatisch door te gaan met afdrukken als bepaalde offline situaties niet binnen de opgegeven termijn zijn opgelost. Opmerking: Disabled (Uitgeschakeld) is de standaardinstelling. |
Afdrukherstel
| Opgeven of de printer vastgelopen pagina's opnieuw moet afdrukken. Opmerking: "Automatisch" is de standaardinstelling. De printer drukt vastgelopen pagina's opnieuw af, tenzij andere printertaken het geheugen nodig hebben om de pagina's op te slaan. |
Afdrukherstel
| Instellen dat de printer automatisch controleert of er papier vastzit. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Afdrukherstel
| Stel de printer zo in dat de juiste uitvoer voor een pagina wordt afgedrukt. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Toegankelijkheidsinstellingen1
| Blijf op dezelfde locatie en stel de time-out van het scherm opnieuw in, in plaats van terug te keren naar het beginscherm. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Toegankelijkheidsinstellingen1
| De spraaksnelheid van de gesproken begeleiding aanpassen. Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling. |
Toegankelijkheidsinstellingen1
| Het volume van de hoofdtelefoon instellen. Opmerking: 5 is de standaardinstelling. |
Informatie verzonden naar Lexmark
| Anonieme informatie over het gebruik van het apparaat naar Lexmark verzenden. Opmerking: De standaardwaarde is afhankelijk van wat u tijdens de eerste installatie hebt geselecteerd. |
Informatie verzonden naar Lexmark
| Anonieme informatie over de werking en fouten van het apparaat naar Lexmark verzenden. Opmerking: De standaardwaarde is afhankelijk van wat u tijdens de eerste installatie hebt geselecteerd. |
Informatie verzonden naar Lexmark
| De tijd instellen voor het verzenden van anonieme informatie naar Lexmark. |
Druk op slaapknop
| Bepalen hoe de printer in de inactieve stand reageert als er kort op de slaapknop wordt gedrukt. Opmerking: Slapen is de standaardinstelling. |
Slaapknop ingedrukt houden
| Bepalen hoe de printer in de inactieve stand reageert als er lang op de slaapknop wordt gedrukt. Opmerking: Niets doen is de standaardinstelling. |
Standaardfabrieksinstellingen
| De standaardinstellingen van de printer herstellen. Opmerkingen:
|
Aangepast startbericht 2
| Een aangepast startpaginabericht selecteren dat wordt weergegeven als alternatieve weergaven van de printerstatus. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Configuratiebestand 1 exporteren
| Configuratiebestanden exporteren naar een flashstation. |
Selecteren | Functie |
---|---|
Printertaal
| De standaardprintertaal instellen. Opmerkingen:
|
Afdrukgebied
| Het logische en fysieke afdrukbare gebied instellen. Opmerkingen:
|
Downloadbestemming
| De opslaglocatie voor downloads instellen. Opmerkingen:
|
Bronnen opslaan
| Geef op wat de printer moet doen met tijdelijke downloads, zoals lettertypen en macro's die zijn opgeslagen in het RAM-geheugen, wanneer de printer een afdruktaak krijgt waarvoor meer geheugen vereist is dan er beschikbaar is. Opmerkingen:
|
Optie | Tot |
---|---|
Zijden (Duplex)
| Instellen of dubbelzijdig afdrukken standaard wordt gebruikt voor alle afdruktaken. Opmerkingen:
Voor Windows-gebruikers:
Als u Macintosh gebruikt:
|
Duplex inbinden
| Instellen hoe dubbelzijdig bedrukte pagina's moeten worden ingebonden en afgedrukt. Opmerkingen:
|
Exemplaren
| Een standaardaantal exemplaren opgeven voor elke afdruktaak. Opmerking: 1 is de standaardinstelling. |
Lege pagina's
| Instellen of er lege pagina's in een afdruktaak moeten worden ingevoegd. Opmerking: Niet afdrukken is de standaardinstelling. |
Sorteren
| De pagina's van een afdruktaak op volgorde houden als u meerdere exemplaren afdrukt. Opmerking: (1,2,3) (1,2,3) is de standaardinstelling. |
Scheidingspagina's
| Instellen of er lege scheidingsvellen moeten worden ingevoegd. Opmerkingen:
|
Bron scheidingspagina's
| De papierbron voor de scheidingsvellen opgeven. Opmerking: "(Lade 1) (standaardlade)" is de standaardinstelling. |
Papierbesparing
| Meerdere paginabeelden op één zijde van een vel papier afdrukken. Opmerkingen:
|
Indeling papierbesparing
| De positie van meerdere paginabeelden opgeven wanneer Papierbesparing wordt gebruikt. Opmerkingen:
|
Stand papierbesparing
| Afdrukstand instellen van een document met meerdere pagina's. Opmerking: "Automatisch" is de standaardinstelling. De printer kiest tussen de afdrukstanden Staand en Liggend. |
Rand papierbesparing
| Een rand afdrukken wanneer Papierbesparing wordt gebruikt. Opmerking: Geen is de standaardinstelling. |
Optie | Tot |
---|---|
Afdrukresolutie
| Geef de kwaliteit van de scan op in dpi (dots per inch). Opmerking: 600 dpi is de standaardinstelling. |
Pixelversterking
| Hiermee worden meer pixels mogelijk om af te drukken in clusters voor een betere helderheid, om afbeeldingen horizontaal of verticaal te verbeteren of om lettertypen te verbeteren. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Tonerintensiteit
| Afdrukken lichter of donkerder maken. Opmerkingen:
|
Dunne lijnen verbeteren
| Een afdrukmodus inschakelen die speciaal bedoeld is voor bestanden met nauwkeurige details, zoals bouwkundige tekeningen, kaarten, stroomcircuitschema's en stroomdiagrammen. Opmerkingen:
|
Grijscorrectie
| Automatisch de contrastverbetering aanpassen die is toegepast op de afgedrukte beelden. Opmerking: "Automatisch" is de standaardinstelling. |
Helderheid
| Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. U kunt toner besparen door lichtere afdrukken te maken. Opmerking: 0 is de standaardinstelling. |
Contrast
| Hiermee past u het contrast van de afgedrukte objecten aan. Opmerking: 0 is de standaardinstelling. |
Optie | Functie |
---|---|
Foutpagina's afdrukken
| Een pagina afdrukken met informatie over fouten, waaronder XML-markupfouten. Opmerking: Uit is de standaardinstelling. |
Selecteren | Functie |
---|---|
PS-fout afdrukken
| Een pagina afdrukken die de PostScript-fout bevat. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
PS-opstartmodus vergrendelen
| Het bestand SysStart uitschakelen. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Lettertypeprioriteit
| De volgorde instellen waarin de printer lettertypen zoekt. Opmerkingen:
|
Opmerking: Dit menu-item wordt alleen weergegeven als een optionele flashgeheugenkaart is geïnstalleerd. |
Optie | Tot |
---|---|
Logbestand voor taakadministratie
| Instellen of de printer een logbestand maakt voor de ontvangen afdruktaken. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Hulpprogramma's voor taakadministratie | Logbestanden afdrukken en verwijderen of exporteren naar een flashstation. |
Frequentie administratielogbestand
| Instellen hoe vaak een logbestand wordt gemaakt. Opmerking: Maandelijks is de standaardinstelling. |
Actie logbestand bij einde van frequentie
| Instellen hoe de printer reageert aan het einde van de opgegeven frequentie. Opmerking: Geen is de standaardinstelling. |
Log niveau bijna vol
| Opgeven hoe groot het logbestand maximaal kan zijn voordat de handeling bij Actielog bij bijna vol wordt uitgevoerd. Opmerking: 5 is de standaardinstelling. |
Actielog bij bijna vol
| Instellen hoe de printer reageert als het flashgeheugen bijna vol is. Opmerkingen:
|
Actielog bij vol
| Instellen hoe de printer reageert als het maximale flashgeheugengebruik (100 MB) is bereikt. Opmerking: Geen is de standaardinstelling. |
URL voor plaatsen logbestanden | Instellen waar de logbestanden worden geplaatst door de printer. |
E-mailadres voor verzenden logbestanden | Het e-mailadres opgeven waarnaar de logbestanden voor taakadministratie worden verzonden. |
Voorvoegsel logbestand | Het gewenste voorvoegsel voor de naam van het logbestand opgeven. Opmerking: Het huidige hostnaam die is opgegeven in het menu TCP/IP, wordt gebruikt als standaardvoorvoegsel voor het logbestand. |
Optie | Functie |
---|---|
Passend
| Pagina-inhoud aanpassen aan het formaat van het geselecteerde papier. Opmerking: Nee is de standaardinstelling. |
Aantekeningen
| Aantekeningen in een PDF-bestand afdrukken. Opmerking: Niet afdrukken is de standaardinstelling. |
Optie | Tot |
---|---|
Lettertypebron
| De lettertypeset instellen die wordt gebruikt in het menu Lettertypenaam. Opmerkingen:
|
Lettertypenaam
| Een specifiek lettertype en de optie waarin het is opgeslagen, weergeven. Opmerking: Courier 10 is de standaardinstelling. Met Courier 10 wordt de lettertypenaam, lettertype-ID en de opslaglocatie in de printer weergegeven. De afkorting van de naam van de lettertypebron is R voor Intern, F voor Flash en D voor Schijf. |
Symbolenset
| De symbolenset voor elke lettertypenaam weergeven. Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| De puntgrootte wijzigen van schaalbare, typografische lettertypen. Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| Lettertypepitch instellen voor schaalbare lettertypen met een vaste tekenafstand (monogespatieerd). Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| De afdrukstand instellen van tekst en afbeeldingen op de pagina. Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| Het aantal regels opgeven dat op elke pagina wordt afgedrukt. Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| De printer instellen op A4-papierformaat. Opmerkingen:
|
Instell. PCL-emulatie
| Opgeven of de printer automatisch een harde return (CR) moet geven na de opdracht om naar een nieuwe regel te gaan (LF). Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Instell. PCL-emulatie
| Aangeven of de printer automatisch een nieuwe regel (NR) uitvoert na een opdracht voor een harde return (HR). Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. |
Lade-nr. wijzigen
| De printer zodanig configureren dat deze werkt met printersoftware of toepassingen die andere laden als papierbron hebben gedefinieerd. Opmerkingen:
|
Lade-nr. wijzigen
| De standaardinstelling weergeven voor elke invoerlade. |
Lade-nr. wijzigen
| Alle lade- en invoertoewijzingen terugzetten op de standaardfabrieksinstellingen. |
Optie | Functie | |
---|---|---|
Lettertypenaam
|
| Het standaardlettertype voor HTML-documenten instellen. Opmerking: Het Times-lettertype wordt gebruikt in HTML-documenten waarin geen lettertype wordt opgegeven. |
Optie | Functie |
---|---|
Tekengrootte
| De standaardlettergrootte voor HTML-documenten instellen. Opmerkingen:
|
Vergroot/verklein
| Schaal aanpassen van het standaardlettertype voor HTML-documenten. Opmerkingen:
|
Afdrukstand
| De afdrukstand voor HTML-documenten instellen. Opmerking: Staand is de standaardinstelling. |
Margegrootte
| De paginamarge voor HTML-documenten instellen. Opmerkingen:
|
Achtergronden
| Instellen of achtergronden in HTML-documenten worden afgedrukt. Opmerking: Afdrukken is de standaardinstelling. |
Optie | Functie |
---|---|
Autom. aanpassen.
| Optimale waarden selecteren voor papierformaat, schaal en afdrukstand. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. Deze instelling zorgt ervoor dat de instellingen voor schaling en afdrukstand voor sommige afbeeldingen worden genegeerd. |
Omkeren
| Tweekleurige zwart-witafbeeldingen omkeren. Opmerkingen:
|
Vergroten/verkleinen
| De afbeeldingsgrootte aanpassen zodat deze op het geselecteerde papierformaat past. Opmerkingen:
|
Afdrukstand
| Afdrukstand van de afbeelding instellen. Opmerking: Staand is de standaardinstelling. |