Printer beheren

Serieel afdrukken instellen (alleen Windows)

  1. Stel de parameters op de printer in.

    1. Via het bedieningspaneel navigeert u naar het menu voor de poortinstellingen.

    2. Zoek het menu voor de seriële poortinstellingen en pas de instellingen aan, indien nodig.

    3. Pas de wijzigingen toe.

  2. Open op uw computer de map Printers en selecteer vervolgens uw printer.

  3. Open de printereigenschappen en selecteer de COM-poort in de lijst.

  4. Stel de COM-poortparameters in Apparaatbeheer.

  5. Opmerkingen:

Poortinstellingen wijzigen na het installeren van een Internal Solutions Port

Opmerkingen:

Voor Windows-gebruikers
  1. Open de printermap.

  2. In het snelmenu van de printer met de nieuwe ISP, opent u Printereigenschappen.

  3. Configureer de poort in de lijst.

  4. Werk het IP-adres bij.

  5. Pas de wijzigingen toe.

Voor Macintosh-gebruikers
  1. Via Systeemvoorkeuren in het Apple -menu, navigeert u naar de lijst met printers en selecteert u vervolgens + > IP.

  2. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

  3. Pas de wijzigingen toe.

Geavanceerde netwerkinformatie en beheerdersinformatie weergeven

In dit hoofdstuk worden algemene ondersteunende beheertaken beschreven die worden uitgevoerd met de Embedded Web Server. Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie of de Beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken op de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com.

De virtuele display controleren

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Controleer of de virtuele display wordt weergegeven in de linkerbovenhoek van het scherm.

    De virtuele display werkt net zoals een echt display op het bedieningspaneel van de printer.

Meldingen over supplies configureren in de Embedded Web Server

U kunt opgeven hoe u meldingen wilt ontvangen wanneer supplies bijna leeg, leeg of zeer leeg zijn, of wanneer het einde van de levensduur van supplies wordt bereikt. Hiertoe stelt u de selecteerbare meldingen in.

Opmerkingen:

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Afdrukinstellingen > Meldingen over supplies.

  3. Selecteer in het vervolgkeuzemenu voor elke supply een van de volgende meldingsopties:

    Berichten

    Beschrijving

    Uit

    Het normale printergedrag voor alle supplies vindt plaats.

    Alleen e-mail

    De printer genereert een e-mail wanneer de supplystatus wordt bereikt. De status van de supply wordt weergegeven op de menupagina en statuspagina.

    Waarschuwing

    De printer geeft de waarschuwing weer en genereert een e-mail over de status van de supply. De printer stopt niet wanneer de supplystatus wordt bereikt.

    Stop met mogelijke hervatting1

    Wanneer de supplystatus wordt bereikt, stopt de printer met het verwerken van taken en de gebruiker kan op een knop drukken om door te gaan met afdrukken.

    Stop zonder mogelijke hervatting1,2

    Wanneer de supplystatus wordt bereikt, stopt de printer met het verwerken van taken. De supply moet worden vervangen voordat de gebruiker kan doorgaan met afdrukken.

    1 De printer genereert een e-mail over de status van de supply wanneer meldingen over supplies zijn ingeschakeld.

    2 Wanneer sommige supplies leeg raken, stopt de printer om beschadiging te voorkomen.


  4. Klik op Verzenden.

Instellingen voor vertrouwelijke (beveiligde) afdruktaken wijzigen

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Beveiliging > Instellingen beveiligd afdrukken.

  3. Wijzig de instellingen:

    • Stel een waarde in voor het maximum aantal pogingen voor het invoeren van de PIN. Wanneer een gebruiker dat aantal overschrijdt, worden alle taken van die gebruiker verwijderd.

    • Stel een vervaltijd in voor vertrouwelijke afdruktaken. Wanneer een gebruiker de taken niet binnen de opgegeven tijd heeft afgedrukt, worden alle taken van die gebruiker verwijderd.

  4. Klik op Indienen om de gewijzigde instellingen op te slaan.

Printerinstellingen kopiëren naar andere printers

Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar op netwerkprinters.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Copy Printer Settings (Printerinstellingen kopiëren).

  3. Als u de taal wilt wijzigen, selecteert u de gewenste taal in de keuzelijst en klikt u op Klik hier om de taal in te stellen.

  4. Klik op Printer Settings (Printerinstellingen).

  5. Geef het IP-adres van de bron- en doelprinter op.

    Opmerking: Als u een doelprinter wilt toevoegen of verwijderen, klikt u op Doel-IP toevoegen of Doel-IP verwijderen.
  6. Klik op Copy Printer Settings (Printerinstellingen kopiëren).

Een pincode voor bedieningspaneel van de printer maken

Met het menu Pincodebeveiliging bedieningspaneel kunt u de toegang tot de menu's op het bedieningspaneel van de printer beperken. Als u de toegang tot de menu's wilt beperken, maakt u een pincode en wijst u de code toe aan de afzonderlijke menu's.

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Beveiliging > Pincodebeveiliging bedieningspaneel.

  3. Voer in het gedeelte Gebruikerspincode maken of Beheerderspincode maken de pincode in.

    Opmerking: u kunt maximaal zestien cijfers invoeren voor de pincode.
  4. Klik op Modify (Wijzigen).

  5. Selecteer Gebruikerspincode beveiligd, Beheerderspincode beveiligd of Beheerders- en gebruikerspincode beveiligd in een menu in het gedeelte Beheerdersmenu's, Beheer of Toegang tot functies.

    Opmerking: met de beheerderspincode hebt nog steeds toegang tot een menu waaraan de gebruikerspincode is toegewezen.
  6. Klik op Verzenden.

Als u een menu met pincodebeveiliging op het bedieningspaneel van de printer wilt openen, moet u de pincode opgeven.

Opmerking: zorg dat u the select button op het bedieningspaneel van de printer langer dan drie seconden ingedrukt houdt nadat u het laatste cijfer van de pincode hebt ingevoerd.

Pagina met menu-instellingen afdrukken

Blader in het startscherm naar:

The menu icon > Rapporten > Pagina Menu-instellingen

Netwerkconfiguratiepagina afdrukken

Als de printer op een netwerk is aangesloten, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een netwerkconfiguratiepagina af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij de configuratie van het afdrukken via een netwerk.

  1. Blader in het startscherm naar:

    Het menupictogram > Rapporten > Netwerkconfiguratiepagina

  2. Controleer het eerste gedeelte van de pagina met netwerkinstellingen om te zien of bij Status wordt aangegeven dat de printer is aangesloten.

    Als bij Status wordt aangegeven dat de printer niet is aangesloten, is het mogelijk dat het LAN-aansluitpunt niet actief is of dat de netwerkkabel niet goed functioneert. Vraag de systeembeheerder om dit probleem op te lossen en druk daarna nog een pagina met netwerkinstellingen af.

De status van de onderdelen en supplies controleren

De status van onderdelen en supplies controleren op het bedieningspaneel van de printer

Raak in het startscherm Status/Supplies > Supplies weergeven aan.

De status van onderdelen en supplies controleren vanuit de Embedded Web Server

Opmerking: Controleer of de computer en printer beide met hetzelfde netwerk zijn verbonden.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Apparaatstatus > Meer details.

Energie besparen

Ecomodus gebruiken

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Algemene instellingen > Ecomodus > selecteer een instelling

    Optie

    Functie

    Uit

    Standaardwaarden voor alle instellingen voor de Ecomodus gebruiken. De instelling Uit ondersteunt de prestatiespecificaties voor uw printer.

    Stroom

    Energieverbruik beperken, met name wanneer de printer inactief is.

    • Motoren van de printer starten niet totdat de printer gereed is om af te drukken. Het kan mogelijk even duren voordat de eerste pagina wordt afgedrukt.

    • De printer schakelt na één minuut inactiviteit over op de slaapstand.

    Energie/papier

    Alle instellingen voor energie- en papierbesparing gebruiken.

    Normaal papier

    • Functie voor automatisch 2-zijdig afdrukken (dubbelzijdig) inschakelen.

    • Afdrukken van logbestanden uitschakelen.


  3. Klik op Verzenden.

Geluid van de printer beperken

Schakel de stille modus in om het geluid van de printer te reduceren.

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Algemene instellingen > Stille modus > selecteer een instelling

    Optie

    Tot

    Uit

    Beperk het geluid van de printer.

    Opmerkingen:

    • De verwerking van afdruktaken duurt langer.
    • Motoren van de printer starten niet tot een document gereed is om te worden afgedrukt. Het kan daarom even duren voordat de eerste pagina wordt afgedrukt.

    Aan

    Standaardinstellingen te gebruiken.

    Opmerking: Deze instelling ondersteunt de prestatiespecificaties voor uw printer.


  3. Klik op Verzenden.

Slaapstand aanpassen

  1. Blader in het beginscherm naar:

    het menupictogram > Instellingen > Algemene instellingen > Time-outs > Slaapstand

  2. Selecteer in het veld Slaapstand het aantal minuten dat de printer moet wachten voordat deze overschakelt naar de slaapstand.

  3. Pas de wijzigingen toe.

Sluimerstand gebruiken

In de sluimerstand verbruikt de printer bijna geen stroom.

Opmerkingen:

  1. Blader in het beginscherm naar:

    Het menupictogram > Instellingen > Algemene instellingen

  2. Raak Druk op slaapknop of Slaapknop ingedrukt houden aan.

  3. Raak Sluimerstand > pictogram met vinkje aan.

Time-out sluimerstand instellen

Met de time-out voor de sluimerstand kunt u instellen na hoeveel minuten de spaarstand wordt ingeschakeld nadat een afdruktaak is verwerkt.

Embedded Web Server gebruiken
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Algemene instellingen > Time-outs.

  3. Selecteer in het menu Time-out sluimerstand het aantal uren, dagen, weken of maanden dat de printer moet wachten voordat deze overschakelt naar de spaarstand.

  4. Klik op Verzenden.

Het bedieningspaneel van de printer gebruiken
  1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

    the menu icon > Instellingen > Algemene instellingen > Time-outs > Time-out sluimerstand

  2. Selecteer de tijd dat de printer wacht nadat een afdruktaak is verwerkt voordat de sluimerstand wordt ingeschakeld.

  3. Raak the accept icon aan.

Planning stroomstand gebruiken

Met Planning stroomstand kunt u instellen wanneer de printer overschakelt over naar een spaarstand of naar de stand Gereed.

Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar op netwerkprinters of printers die zijn aangesloten op afdrukservers.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Algemene instellingen > Planning stroomstand.

  3. Selecteer de stroomstand in het menu Actie.

  4. Selecteer de tijd in het menu Tijd.

  5. Selecteer de dag of dagen in het menu Dag(en).

  6. Klik op Toevoegen.

De helderheid van het printerdisplay aanpassen

Als u energie wilt besparen of als u het display niet goed kunt lezen, kunt u de helderheid van het display aanpassen.

Embedded Web Server gebruiken
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Het IP-adres bevindt zich in het bovenste gedeelte van het beginscherm. Het bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Selecteer Instellingen > Algemene instellingen.

  3. Geef in het vak Helderheid van scherm het gewenste percentage voor de display op.

  4. Pas de wijzigingen toe.

Het bedieningspaneel gebruiken
  1. Blader in het beginscherm naar:

    het menupictogram > Instellingen > Algemene instellingen

  2. Geef in het vak Helderheid van scherm het gewenste percentage voor de display op.

  3. Pas de wijzigingen toe.

Standaardfabrieksinstellingen herstellen

Als u een lijst van de huidige menu-instellingen wilt behouden voor naslagdoeleinden, drukt u een pagina met menu-instellingen af voordat u de fabrieksinstellingen herstelt. Zie Pagina met menu-instellingen afdrukken voor meer informatie.

Als u een uitgebreidere methode voor het herstellen van de standaardfabrieksinstellingen wilt, voert u de optie Alle instellingen wissen uit. Zie Niet-vluchtig geheugen wissen voor meer informatie.

Waarschuwing: mogelijke beschadiging: als de standaardinstellingen worden hersteld, worden de meeste printerinstellingen teruggezet naar de oorspronkelijke waarden zoals deze in de fabriek zijn ingesteld. Uitzonderingen zijn: de weergavetaal, de aangepaste formaten en berichten en de instellingen voor de menu's Netwerk/Poort. Alle downloads in het RAM worden verwijderd. Downloads die zijn opgeslagen in het flashgeheugen of op de vaste schijf van de printer worden niet verwijderd.

Blader in het startscherm naar:

the menu icon > Instellingen > Algemene instellingen > Fabrieksinstellingen > Nu herstellen > the check icon

Printer beveiligen

De vergrendelingsfunctie gebruiken

U kunt op de aangegeven locatie een beveiligingsslot bevestigen dat compatibel is met de meeste laptops om toegang tot de controllerkaart te voorkomen.

Security slot at the back of the printer

Kennisgeving van vluchtigheid

De printer bevat verschillende soorten geheugens waarin apparaat- en netwerkinstellingen en gebruikersgegevens kunnen worden opgeslagen.

Geheugensoort

Beschrijving

Vluchtig geheugen

De printer gebruikt standaard RAM-geheugen (Random Access Memory) om gebruikersgegevens te bufferen tijdens eenvoudige afdruk- en kopieertaken.

Niet-vluchtig geheugen

De printer gebruikt mogelijk twee soorten niet-vluchtig geheugen: EEPROM en NAND (flashgeheugen). Beide soorten worden gebruikt voor het opslaan van het besturingssysteem, apparaatinstellingen, netwerkgegevens, bladwijzerinstellingen en ingesloten oplossingen.

Vaste schijf

In sommige printers is een vaste schijf geïnstalleerd. De vaste schijf van de printer is ontworpen voor printerspecifieke functies. Hiermee kan de printer gebufferde gebruikersgegevens voor complexe afdruktaken en formulier- en lettertypegegevens bewaren.


In de volgende gevallen moet u de inhoud van het printergeheugen wissen:

Vaste schijf van de printer weggooien
Opmerking: In sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd.

In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moet mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn nadat de printer of de vaste schijf van de printer zijn verwijderd van de betreffende bedrijfslocatie.

Opmerking: de meeste gegevens kunnen doorgaans elektronisch worden gewist, maar de enige manier waarop u zeker weet dat alle gegevens volledig worden gewist, is het fysiek vernietigen van elk geheugenapparaat waarop gegevens zijn opgeslagen.

Vluchtig geheugen wissen

Er is een voedingsbron nodig om informatie te bewaren in het vluchtige geheugen (RAM-geheugen) van de printer. Schakel de printer uit als u de gebufferde gegevens wilt wissen.

Niet-vluchtig geheugen wissen

Voer de volgende stappen uit om afzonderlijke instellingen, apparaat- en netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen en embedded solutions te wissen:

  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 op het toetsenblok ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay in plaats van de standaardpictogrammen van het beginscherm.

  3. Raak Alle instellingen wissen aan

    Tijdens dit proces wordt de printer meerdere malen opnieuw opgestart.

    Opmerking: Met de functie Alle instellingen wissen verwijdert u apparaatinstellingen, oplossingen, taken en wachtwoorden uit het printergeheugen.
  4. Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Geheugen op de vaste schijf wissen

Opmerkingen:

Het bedieningspaneel van de printer gebruiken
  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Wanneer de printer volledig is ingeschakeld, moet op het aanraakscherm een lijst met functies worden weergegeven.

  3. Raak Schijf wissen en een van de volgende opties aan:

    • Schijf wissen (snel): hiermee kunt u de schijf in een keer overschrijven met alleen maar nullen.

    • Schijf wissen (veilig): hiermee kunt u de vaste schijf meerdere keren overschrijven met willekeurige bitpatronen gevolgd door een verificatiebewerking. Een veilige overschrijfbewerking is in overeenstemming met de DoD 5220.22-M-standaard voor het veilig verwijderen van gegevens van een vaste schijf. Zeer vertrouwelijke informatie kan het beste alleen met deze methode worden gewist.

  4. Raak Ja aan om door te gaan met het wissen van de schijf.

    Opmerkingen:

    • Er wordt een statusbalk weergegeven met de voortgang van de wisbewerking op de vaste schijf.
    • Schijf wissen kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
  5. Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Codering vaste schijf van printer instellen

Schakel codering van de vaste schijf in om te voorkomen dat u gevoelige gegevens verliest als uw printer of de vaste schijf wordt gestolen.

Opmerking: in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd.
Embedded Web Server gebruiken
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Beveiliging > Schijfcodering.

    Opmerking: Schijfcodering wordt alleen weergegeven in het menu Beveiliging als een geformatteerde, niet-defecte vaste schijf in de printer is geïnstalleerd.
  3. Selecteer Inschakelen in het menu Schijfcodering.

    Opmerkingen:

    • als u schijfcodering inschakelt, wordt de inhoud van de vaste schijf van de printer verwijderd.
    • Schijfcodering kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
  4. Klik op Verzenden.

Het bedieningspaneel van de printer gebruiken
  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay.

  3. Raak Schijfcodering > Inschakelen aan.

    Opmerking: als u schijfcodering inschakelt, wordt de inhoud van de vaste schijf van de printer verwijderd.
  4. Raak Ja aan om door te gaan met het wissen van de schijf.

    Opmerkingen:

    • Zet de printer niet uit tijdens het coderingsproces. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan.
    • Schijfcodering kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
    • Er wordt een statusbalk weergegeven met de voortgang van de wisbewerking op de vaste schijf. Nadat de schijf is gecodeerd, schakelt de printer over naar het scherm Inschakelen/uitschakelen.
  5. Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Zoeken naar beveiligingsgegevens van de printer

In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moeten mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. Ga voor meer informatie naar de beveiligingswebpagina van Lexmark of raadpleeg de beheerdershandleiding Embedded Web Server, beveiliging op http://support.lexmark.com.