In dit hoofdstuk worden algemene ondersteunende beheertaken beschreven die worden uitgevoerd met de Embedded Web Server. Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie of de Beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken op de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com.
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Controleer het virtuele display dat wordt weergegeven in de linkerbovenhoek van het scherm.
De virtuele display werkt net zoals een echt display op het bedieningspaneel van de printer.
U kunt opgeven hoe u meldingen wilt ontvangen wanneer supplies bijna leeg, leeg of zeer leeg zijn, of wanneer het einde van de levensduur van supplies wordt bereikt. Hiertoe stelt u de selecteerbare meldingen in.
Opmerkingen:
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Klik op Instellingen > Afdrukinstellingen > Meldingen over supplies.
Selecteer in het vervolgkeuzemenu voor elke supply een van de volgende meldingsopties:
Berichten | Beschrijving |
---|---|
1 De printer genereert een e-mail over de status van de supply wanneer meldingen over supplies zijn ingeschakeld. 2 Wanneer sommige supplies leeg raken, stopt de printer om beschadiging te voorkomen. | |
Uit | Het normale printergedrag voor alle supplies vindt plaats. |
Alleen e-mail | De printer genereert een e-mail wanneer de supplystatus wordt bereikt. De status van de supply wordt weergegeven op de menupagina en statuspagina. |
Waarschuwing | De printer geeft de waarschuwing weer en genereert een e-mail over de status van de supply. De printer stopt niet wanneer de supplystatus wordt bereikt. |
Stop met mogelijke hervatting1 | Wanneer de supplystatus wordt bereikt, stopt de printer met het verwerken van taken en de gebruiker kan op een knop drukken om door te gaan met afdrukken. |
Stop zonder mogelijke hervatting1,2 | De printer stopt wanneer de supplystatus wordt bereikt. De supply moet worden vervangen voordat de gebruiker kan doorgaan met afdrukken. |
Klik op Verzenden.
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Klik op Instellingen > Beveiliging > Instellingen beveiligd afdrukken.
Wijzig de instellingen:
Stel een waarde in voor het maximum aantal pogingen voor het invoeren van de PIN. Wanneer een gebruiker dat aantal overschrijdt, worden alle taken van die gebruiker verwijderd.
Stel een vervaltijd in voor vertrouwelijke afdruktaken. Wanneer een gebruiker de taken niet binnen de opgegeven tijd heeft afgedrukt, worden alle taken van die gebruiker verwijderd.
Klik op Indienen om de gewijzigde instellingen op te slaan.
Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar op netwerkprinters. |
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Klik op Copy Printer Settings (Printerinstellingen kopiëren).
Als u de taal wilt wijzigen, selecteert u de gewenste taal in de keuzelijst en klikt u op Klik hier om de taal in te stellen.
Klik op Printer Settings (Printerinstellingen).
Geef het IP-adres van de bron- en doelprinter op.
Opmerking: Als u een doelprinter wilt toevoegen of verwijderen, klikt u op Doel-IP toevoegen of Doel-IP verwijderen. |
Klik op Copy Printer Settings (Printerinstellingen kopiëren).
Blader in het beginscherm naar:
> Rapporten > Pagina Menu-instellingen
Als de printer op een netwerk is aangesloten, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een netwerkconfiguratiepagina af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij de configuratie van het afdrukken via een netwerk.
Blader in het beginscherm naar:
> Rapporten > Netwerkconfiguratiepagina
Controleer het eerste gedeelte van de pagina met netwerkinstellingen om te zien of bij Status wordt aangegeven dat de printer is aangesloten.
Als bij Status wordt aangegeven dat de printer niet is aangesloten, is het mogelijk dat het LAN-aansluitpunt niet actief is of dat de netwerkkabel niet goed functioneert. Vraag de systeembeheerder om een oplossing voor dit probleem en druk daarna nog een pagina met netwerkinstellingen af.
Er verschijnt een bericht op de printerdisplay als er een vervangende supply nodig is of als er onderhoud moet worden gepleegd.
Opmerkingen:
Blader in het beginscherm naar:
Status/Supplies > Supplies weergeven
Opmerking: Zorg ervoor dat de computer en de printer beide met hetzelfde netwerk zijn verbonden. |
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Klik op Apparaatstatus > Meer details.
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Kies Instellingen > Algemene instellingen > Eco-modus.
Selecteer een instelling.
Optie | Tot |
---|---|
Uit | Standaardwaarden voor alle instellingen voor de Ecomodus gebruiken. Opmerkingen:
|
Energie | Hiermee kunt u het energiegebruik beperken, vooral wanneer de printer niet-actief is. Opmerkingen:
|
Energie/papier | Alle instellingen voor energie- en papierbesparing gebruiken. |
Normaal papier | Functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) inschakelen. |
Klik op Verzenden.
Schakel de Stille modus in om het geluid van de printer te beperken.
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Kies Instellingen > Algemene instellingen > Stille modus.
Selecteer een instelling.
Optie | Tot |
---|---|
Aan | Beperk het geluid van de printer. Opmerkingen:
|
Uit | Standaardinstellingen te gebruiken. Opmerking: Deze instelling ondersteunt de prestatiespecificaties voor uw printer. |
Klik op Verzenden.
Blader in het beginscherm naar:
> Instellingen > Algemene instellingen > Time-outs > Slaapstand
Selecteer in het veld Slaapstand het aantal minuten dat de printer moet wachten voordat deze overschakelt naar de slaapstand.
Pas de wijzigingen toe.
In de sluimerstand verbruikt de printer bijna geen stroom.
Opmerkingen:
Blader in het beginscherm naar:
> Instellingen > Algemene instellingen
Selecteer Sluimerstand in de vervolgkeuzelijst Druk op slaapknop of Slaapknop ingedrukt houden en raak Verzenden aan.
Als u een lijst van de huidige menu-instellingen wilt behouden voor naslagdoeleinden, drukt u een pagina met menu-instellingen af voordat u de fabrieksinstellingen herstelt. Zie Pagina met menu-instellingen afdrukken voor meer informatie.
Als u een uitgebreidere methode voor het herstellen van de standaardfabrieksinstellingen wilt, voert u de optie Alle instellingen wissen uit. Zie Niet-vluchtig geheugen wissen voor meer informatie.
Waarschuwing: mogelijke beschadiging: als de standaardinstellingen worden hersteld, worden de meeste printerinstellingen teruggezet naar de oorspronkelijke waarden zoals deze in de fabriek zijn ingesteld. Uitzonderingen zijn: de weergavetaal, de aangepaste formaten en berichten en de instellingen voor de menu's Netwerk/Poort. Alle downloads in het RAM worden verwijderd. Downloads die zijn opgeslagen in het flashgeheugen of op de vaste schijf van de printer worden niet verwijderd. |
Blader in het beginscherm naar:
> Instellingen > Algemene instellingen > Fabrieksinstellingen > Nu herstellen > Verzenden
De printer heeft een vergrendelingsfunctie. De printer is vergrendeld als een vergrendeling is aangesloten die compatibel is met de meeste laptopcomputers. Als de printer vergrendeld is, kunnen de afdekplaat van de controllerkaart en de controllerkaart niet worden verwijderd. Bevestig een vergrendeling op de printer op de hieronder aangegeven plaats.
De printer bevat verschillende soorten geheugens waarin apparaat- en netwerkinstellingen en gebruikersgegevens kunnen worden opgeslagen.
Soorten geheugen | Beschrijving |
---|---|
Vluchtig geheugen | De printer gebruikt standaard RAM-geheugen (Random Access Memory) om tijdelijk gebruikersgegevens te bufferen tijdens eenvoudige afdruktaken. |
Niet-vluchtig geheugen | De printer gebruikt mogelijk twee soorten niet-vluchtig geheugen: EEPROM en NAND (flashgeheugen). Beide soorten worden gebruikt voor de opslag van het besturingssysteem, apparaatinstellingen, netwerkinformatie, bladwijzerinstellingen en ingesloten oplossingen. |
Vaste schijf | In sommige printers is een vaste schijf geïnstalleerd. De vaste schijf van de printer is ontworpen voor apparaatspecifieke functies. Hiermee kan het apparaat gebufferde gebruikersgegevens van complexe afdruktaken bevatten en gegevens van formulieren en lettertypen. |
In de volgende gevallen moet u de inhoud van het printergeheugen wissen:
De printer wordt uit gebruik genomen.
De vaste schijf van de printer wordt vervangen.
De printer wordt verplaatst naar een andere afdeling of een ander kantoor.
Er moet onderhoud aan de printer worden uitgevoerd door iemand buiten uw organisatie.
De printer moet voor onderhoud worden vervoerd naar een locatie buiten uw bedrijf.
De printer wordt verkocht aan een ander bedrijf.
Opmerking: in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd. |
In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moet mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn nadat de printer of de vaste schijf van de printer zijn verwijderd van de betreffende bedrijfslocatie.
Demagnetiseren: hiermee wordt de vaste schijf blootgesteld aan een magnetisch veld waardoor de opgeslagen gegevens worden gewist
Pletten: de vaste schijf fysiek samenpersen waardoor de onderdelen breken en onleesbaar worden
Verbrijzelen: de vaste schijf fysiek opdelen in kleine metalen stukjes
Opmerking: de meeste gegevens kunnen doorgaans elektronisch worden gewist, maar de enige manier waarop u zeker weet dat alle gegevens volledig worden gewist, is het fysiek vernietigen van elk geheugenapparaat waarop gegevens zijn opgeslagen. |
Er is een voedingsbron nodig om informatie te bewaren in het vluchtige geheugen (RAM-geheugen) van de printer. Schakel de printer uit als u de gebufferde gegevens wilt wissen.
Voer de volgende stappen uit om afzonderlijke instellingen, apparaat- en netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen en embedded solutions te wissen:
Zet de printer uit.
Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.
De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay in plaats van de standaardpictogrammen van het beginscherm.
Raak Alle instellingen wissen aan.
De printer wordt tijdens dit proces meerdere malen opnieuw opgestart.
Opmerking: Met de functie Alle instellingen wissen verwijdert u apparaatinstellingen, oplossingen, taken en wachtwoorden uit het printergeheugen. |
Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.
De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.
Opmerkingen:
Zet de printer uit.
Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.
De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Wanneer de printer volledig is ingeschakeld, moet op het aanraakscherm een lijst met functies worden weergegeven.
Raak Schijf wissen en een van de volgende opties aan:
Schijf wissen (snel): hiermee kunt u de schijf in een keer overschrijven met alleen maar nullen.
Schijf wissen (veilig): hiermee kunt u de vaste schijf meerdere keren overschrijven met willekeurige bitpatronen gevolgd door een verificatiebewerking. Een veilige overschrijfbewerking is in overeenstemming met de DoD 5220.22-M-standaard voor het veilig verwijderen van gegevens van een vaste schijf. Zeer vertrouwelijke informatie kan het beste alleen met deze methode worden gewist.
Raak Ja aan om door te gaan met het wissen van de schijf.
Opmerkingen:
Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.
De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.
Schakel codering van de vaste schijf in om te voorkomen dat u gevoelige gegevens verliest als uw printer of de vaste schijf wordt gestolen.
Opmerking: in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd. |
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
Klik op Instellingen > Beveiliging > Schijfcodering.
Opmerking: Schijfcodering wordt alleen weergegeven in het menu Beveiliging als een geformatteerde, niet-defecte vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. |
Selecteer Inschakelen in het menu Schijfcodering.
Opmerkingen:
Klik op Verzenden.
Zet de printer uit.
Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.
De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay.
Raak Schijfcodering > Inschakelen aan.
Opmerking: als u schijfcodering inschakelt, wordt de inhoud van de vaste schijf van de printer verwijderd. |
Raak Ja aan om door te gaan met het wissen van de schijf.
Opmerkingen:
Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.
De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.
In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moeten mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. Ga naar de beveiligingswebpagina van Lexmark voor meer informatie.
U kunt ook de Embedded Web Server — Beveiliging: Beheerdershandleiding raadplegen voor meer informatie.
Ga naar www.lexmark.com en naar Support & Downloads > selecteer uw printer.
Klik op de tab Manuals (Handleidingen) en selecteer de Embedded Web Server - Beveiliging: Beheerdershandleiding.