Printer beheren

Geavanceerde netwerkinformatie en beheerdersinformatie weergeven

In dit hoofdstuk worden algemene ondersteunende beheertaken beschreven die worden uitgevoerd met de Embedded Web Server. Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie of de Beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken op de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com.

Toegang tot het externe bedieningspaneel

Met het externe bedieningspaneel van de printer op uw computerscherm weergegeven en kunt u het bedieningspaneel van de printer bedienen, zelfs als u niet in de buurt van de netwerkprinter bent. U kunt vanaf uw computerscherm de printerstatus bekijken en aan afdrukken gerelateerde taken uitvoeren die u normaal gezien doet als u bij de netwerkprinter staat.

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Een pagina met netwerkinstellingen of menu-instellingen afdrukken en vervolgens het IP-adres in het TCP/IP-gedeelte zoeken. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Druk op Enter om de webpagina van uw printer te openen.

  3. Klik op Applications (Programma's).

    Opmerking: Voor het externe bedieningspaneel is een Java-plug-in vereist om te starten.

Meldingen over supplies configureren in de Embedded Web Server

U kunt opgeven hoe u meldingen wilt ontvangen wanneer supplies bijna leeg, leeg of zeer leeg zijn, of wanneer het einde van de levensduur van supplies wordt bereikt. Hiertoe stelt u de selecteerbare meldingen in.

Opmerkingen:

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Afdrukinstellingen > Meldingen over supplies.

  3. Selecteer in het vervolgkeuzemenu voor elke supply een van de volgende meldingsopties:

    Berichten

    Beschrijving

    Uit

    Het normale printergedrag voor alle supplies vindt plaats.

    Alleen e-mail

    De printer genereert een e-mail wanneer de supplystatus wordt bereikt. De status van de supply wordt weergegeven op de menupagina en statuspagina.

    Waarschuwing

    De printer geeft de waarschuwing weer en genereert een e-mail over de status van de supply. De printer stopt niet wanneer de supplystatus wordt bereikt.

    Stop met mogelijke hervatting1

    Wanneer de supplystatus wordt bereikt, stopt de printer met het verwerken van taken en de gebruiker kan op een knop drukken om door te gaan met afdrukken.

    Stop zonder mogelijke hervatting1,2

    Wanneer de supplystatus wordt bereikt, stopt de printer met het verwerken van taken. De supply moet worden vervangen voordat de gebruiker kan doorgaan met afdrukken.


  4. Klik op Verzenden.

Instellingen voor vertrouwelijke (beveiligde) afdruktaken wijzigen

Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar op netwerkprinters of printers die zijn aangesloten op afdrukservers.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op de tab Instellingen > Beveiliging > Instellingen beveiligd afdrukken.

  3. Wijzig de instellingen:

    • Stel een waarde in voor het maximum aantal pogingen voor het invoeren van de PIN. Overschrijdt een gebruiker het maximumaantal pogingen voor het invoeren van de juiste PIN, dan worden alle afdruktaken van die gebruiker verwijderd.

    • Stel een vervaltijd in voor vertrouwelijke afdruktaken. Heeft de gebruiker de afdruktaken niet binnen de opgegeven tijd uitgevoerd, dan worden alle taken van de betreffende gebruiker verwijderd.

  4. Sla de gewijzigde instellingen op.

Printerinstellingen kopiëren naar andere printers

Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar op netwerkprinters.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Printerinstellingen kopiëren.

  3. Als u de taal wilt wijzigen, selecteert u de gewenste taal in de keuzelijst en klikt u op Klik hier om de taal in te stellen.

  4. Klik op Printer Settings (Printerinstellingen).

  5. Typ het IP-adres van de bron- en doelprinter in de daarvoor bestemde velden.

    Opmerking: Als u een doelprinter wilt toevoegen of verwijderen, klikt u op Doel-IP toevoegen of Doel-IP verwijderen.
  6. Klik op Copy Printer Settings (Printerinstellingen kopiëren).

Pagina met menu-instellingen afdrukken

Druk een pagina met menu-instellingen af om de huidige menu-instellingen te bekijken en te controleren of de printeropties correct zijn geïnstalleerd.

Opmerking: Als u geen wijzigingen hebt aangebracht in de instellingen van de menu-items, worden alle standaardinstellingen weergegeven op de pagina met menu-instellingen. Als u andere instellingen hebt geselecteerd en opgeslagen in de menu's, worden de standaardinstellingen vervangen door door de gebruiker gekozen standaardinstellingen. Een door de gebruiker gekozen standaardinstellingen blijft van kracht tot u het menu opnieuw opent, een andere waarde selecteert en deze opslaat.

Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

the menu button > Instellingen > check mark > Rapporten > the select button > Pagina met menu-instellingen > the select button

Een pagina met netwerkinstellingen afdrukken

Als de printer op een netwerk is aangesloten, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een netwerkconfiguratiepagina af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij de configuratie van het afdrukken via een netwerk.

  1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

    the home button > Instellingen > the select button > Rapporten > the select button > Pagina Netwerkinstellingen > the select button

  2. Controleer het eerste gedeelte van de pagina met netwerkinstellingen om te zien of bij Status wordt aangegeven dat de printer is aangesloten.

    Als bij Status wordt aangegeven dat de printer niet is aangesloten, is het mogelijk dat het LAN-aansluitpunt niet actief is of dat de netwerkkabel niet goed functioneert. Vraag de systeembeheerder om een oplossing voor dit probleem en druk daarna nog een pagina met netwerkinstellingen af.

De status van de onderdelen en supplies controleren

Opmerkingen:

Status van onderdelen en supplies controleren op het bedieningspaneel van de printer

Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

the home button > Status/supplies > the select buttonSupplies weergeven > the select button

De status van onderdelen en supplies controleren vanuit de Embedded Web Server

Opmerking: Controleer of de computer en printer beide met hetzelfde netwerk zijn verbonden.
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Apparaatstatus > Meer details.

Energie besparen

Ecomodus gebruiken

  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Kies Instellingen > Algemene instellingen > Eco-modus.

  3. Selecteer een instelling.

    Optie

    Tot

    Uit

    Standaardwaarden voor alle instellingen voor de Ecomodus gebruiken.

    Opmerkingen:

    • Instellingen die zijn gewijzigd toen er andere modi actief waren, worden teruggezet in de standaardfabrieksinstellingen.
    • De instelling Uit ondersteunt de prestatiespecificaties voor uw printer.

    Energie

    Hiermee kunt u het energiegebruik beperken, vooral wanneer de printer niet-actief is.

    Opmerkingen:

    • Motoren van de printer starten niet tot een document gereed is om te worden afgedrukt. Het kan daarom even duren voordat de eerste pagina wordt afgedrukt.
    • De printer schakelt na één minuut inactiviteit over op de slaapstand.
    • De printerdisplay wordt uitgeschakeld wanneer de printer in de slaapstand staat.
    • Wanneer de printer in de slaapstand staat, zijn de lampjes van de nietfinisher en andere optionele finishers uit.

    Energie/papier

    Alle instellingen voor energie- en papierbesparing gebruiken.

    Normaal papier

    Functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) inschakelen.


  4. Klik op Verzenden.

Geluid van de printer beperken

Schakel de Stille modus in om de printer minder geluid te laten maken.

  1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

    the home button > Instellingen > the select button > Instellingen > the select button > Algemene instellingen > the select button > Stille modus > the select button

  2. Kies een instelling.

    Optie

    Tot

    Aan

    Beperk het geluid van de printer.

    Opmerkingen:

    • De verwerking van afdruktaken duurt langer.
    • Motoren van de printer starten niet tot een document gereed is om te worden afgedrukt. Er is enige vertraging voordat de eerste pagina wordt afgedrukt.
    • De geluiden van de alarminstelling en het cartridgealarm worden uitgeschakeld.
    • De printer negeert de opdracht Geavanceerde start.

    Uit

    Standaardinstellingen te gebruiken.

    Opmerking: Deze instelling ondersteunt de prestatiespecificaties voor uw printer.


  3. Druk op the select button.

Slaapstand aanpassen

  1. Blader op het bedieningspaneel naar:

    de knop Menu > Instellingen > de knop Selecteren > Instellingen > de knop Selecteren > Algemene instellingen > de knop Selecteren > Time-outs > de knop Selecteren > Slaapstand > de knop Selecteren

  2. Selecteer in het veld Slaapstand het aantal minuten dat de printer moet wachten voordat deze overschakelt naar de slaapstand.

  3. Pas de wijzigingen toe.

Sluimerstand gebruiken

In de sluimerstand verbruikt de printer bijna geen stroom.

Opmerkingen:

  1. Blader op het bedieningspaneel naar:

    the home button > Instellingen > the select button > Instellingen > the select button > Algemene instellingen > the select button

  2. Selecteer Druk op slaapknop of Slaapknop ingedrukt houden en druk vervolgens op the select button.

  3. Druk op Sluimerstand > the select button.

Fabrieksinstellingen herstellen

Als u een lijst van de huidige menu-instellingen wilt behouden voor naslagdoeleinden, drukt u een pagina met menu-instellingen af voordat u de fabrieksinstellingen herstelt. Zie Pagina met menu-instellingen afdrukken voor meer informatie.

Als u een uitgebreidere methode voor het herstellen van de standaardfabrieksinstellingen wilt, voert u de optie Alle instellingen wissen uit. Zie Niet-vluchtig geheugen wissen voor meer informatie.

Waarschuwing: mogelijke beschadiging: als de standaardinstellingen worden hersteld, worden de meeste printerinstellingen teruggezet naar de oorspronkelijke waarden zoals deze in de fabriek zijn ingesteld. Uitzonderingen zijn: de weergavetaal, de aangepaste formaten en berichten en de instellingen voor de menu's Netwerk/Poort. Alle downloads in het RAM worden verwijderd. Downloads die zijn opgeslagen in het flashgeheugen of op de vaste schijf van de printer worden niet verwijderd.

Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

the home button > Instellingen > the select button > Instellingen > the select button > Algemene instellingen > the select button > Fabrieksinstellingen > the select button > Nu herstellen > the select button

Printer beveiligen

De vergrendelingsfunctie gebruiken

De printer heeft een vergrendelingsfunctie. De printer is vergrendeld als een vergrendeling is aangesloten die compatibel is met de meeste laptopcomputers. Als de printer vergrendeld is, kunnen de afdekplaat van de controllerkaart en de controllerkaart niet worden verwijderd. Bevestig een vergrendeling op de printer op de hieronder aangegeven plaats.

De achterkant van de printer met de beveiligingsvergrendeling

Kennisgeving van vluchtigheid

De printer bevat verschillende soorten geheugens waarin apparaat- en netwerkinstellingen en gebruikersgegevens kunnen worden opgeslagen.

Soorten geheugen

Beschrijving

Vluchtig geheugen

De printer gebruikt standaard RAM-geheugen (Random Access Memory) om tijdelijk gebruikersgegevens te bufferen tijdens eenvoudige afdruktaken.

Niet-vluchtig geheugen

De printer gebruikt mogelijk twee soorten niet-vluchtig geheugen: EEPROM en NAND (flashgeheugen). Beide soorten worden gebruikt voor de opslag van het besturingssysteem, apparaatinstellingen, netwerkinformatie, bladwijzerinstellingen en ingesloten oplossingen.

Vaste schijf

In sommige printers is een vaste schijf geïnstalleerd. De vaste schijf van de printer is ontworpen voor apparaatspecifieke functies. Hiermee kan het apparaat gebufferde gebruikersgegevens van complexe afdruktaken bevatten en gegevens van formulieren en lettertypen.


In de volgende gevallen moet u de inhoud van het printergeheugen wissen:

Vaste schijf van de printer weggooien
Opmerking: in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd.

In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moet mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn nadat de printer of de vaste schijf van de printer zijn verwijderd van de betreffende bedrijfslocatie.

Opmerking: de meeste gegevens kunnen doorgaans elektronisch worden gewist, maar de enige manier waarop u zeker weet dat alle gegevens volledig worden gewist, is het fysiek vernietigen van elk geheugenapparaat waarop gegevens zijn opgeslagen.

Vluchtig geheugen wissen

Er is een voedingsbron nodig om informatie te bewaren in het vluchtige geheugen (RAM-geheugen) van de printer. Schakel de printer uit om de gebufferde gegevens te wissen.

Niet-vluchtig geheugen wissen

Voer de volgende stappen uit om afzonderlijke instellingen, apparaat- en netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen en embedded solutions te wissen:

  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 op het toetsenblok ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay.

  3. Druk op de pijl omhoog of omlaag tot Alle instellingen wissen wordt weergegeven.

    Tijdens dit proces wordt de printer meerdere malen opnieuw opgestart.

    Opmerking: Met de functie Alle instellingen wissen verwijdert u apparaatinstellingen, oplossingen, taken en wachtwoorden uit het printergeheugen.
  4. Ga naar:

    Terug > Menu Configuratie afsluiten

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Geheugen op de vaste schijf wissen

Opmerkingen:

Het bedieningspaneel van de printer gebruiken
  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay.

  3. Druk op de pijl omhoog of omlaag tot Schijf wissen wordt weergegeven en selecteer een van de volgende methoden:

    • Schijf wissen (snel): hiermee kunt u de schijf in één keer overschrijven met alleen maar nullen.

    • Schijf wissen (veilig): hiermee kunt u de vaste schijf meerdere keren overschrijven met willekeurige bitpatronen gevolgd door een verificatiebewerking. Een veilige overschrijfbewerking is in overeenstemming met de DoD 5220.22-M-standaard voor het veilig verwijderen van gegevens van een vaste schijf. Zeer vertrouwelijke informatie kan het beste alleen met deze methode worden gewist.

  4. Druk op de pijl omhoog of omlaag tot Ja wordt weergegeven en ga door met het wissen van de schijf.

    Opmerkingen:

    • Er wordt een statusbalk weergegeven met de voortgang van de wisbewerking op de vaste schijf.
    • Schijf wissen kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
  5. Ga naar:

    Terug > Menu Configuratie afsluiten

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Codering vaste schijf van printer instellen

Schakel codering van de vaste schijf in om te voorkomen dat u gevoelige gegevens verliest als uw printer of de vaste schijf wordt gestolen.

Opmerking: in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd.
Embedded Web Server gebruiken
  1. Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.

    Opmerkingen:

    • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  2. Klik op Instellingen > Beveiliging > Schijfcodering.

    Opmerking: Schijfcodering wordt alleen weergegeven in het menu Beveiliging als er een geformatteerde, niet-defecte vaste schijf in de printer is geïnstalleerd.
  3. Selecteer Inschakelen in het menu Schijfcodering.

    Opmerkingen:

    • Als u schijfcodering inschakelt, wordt de inhoud van de vaste schijf van de printer verwijderd.
    • Schijfcodering kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken
  1. Zet de printer uit.

  2. Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.

    De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay.

  3. Ga naar:

    Schijfcodering > Inschakelen

    Opmerking: als u schijfcodering inschakelt, wordt de inhoud van de vaste schijf van de printer verwijderd.
  4. Selecteer Ja om door te gaan met het wissen van de schijf.

    Opmerkingen:

    • Zet de printer niet uit tijdens het coderingsproces. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan.
    • Schijfcodering kan van enkele minuten tot meer dan een uur duren. De printer kan gedurende deze bewerking niet worden gebruikt voor andere taken van gebruikers.
    • Er wordt een statusbalk weergegeven met de voortgang van de wisbewerking op de vaste schijf. Nadat de schijf is gecodeerd, schakelt de printer over naar het scherm voor in- of uitschakelen van schijfcodering.
  5. Ga naar:

    Terug > Menu Configuratie afsluiten

De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.

Zoeken naar beveiligingsgegevens van de printer

In omgevingen waar wordt gewerkt met zeer gevoelige informatie moeten mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de printer niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. Ga naar de beveiligingswebpagina van Lexmark voor meer informatie.

U kunt ook de Embedded Web Server — Beveiliging: Beheerdershandleiding raadplegen voor meer informatie.

  1. Ga naar www.lexmark.com en naar Support & Downloads > selecteer uw printer.

  2. Klik op de tab Manuals (Handleidingen) en selecteer de Embedded Web Server - Beveiliging: Beheerdershandleiding.