Voer de volgende stappen uit om afzonderlijke instellingen, apparaat- en netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen en embedded solutions te wissen:
Zet de printer uit.
Houd 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt. Laat de knoppen pas los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.
De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven. Als de printer volledig is opgewarmd, verschijnt er een lijst met functies op het printerdisplay in plaats van de standaardpictogrammen van het beginscherm.
Raak Alle instellingen wissen aan.
De printer wordt tijdens dit proces meerdere malen opnieuw opgestart.
Opmerking: Met de functie Alle instellingen wissen verwijdert u apparaatinstellingen, oplossingen, taken en wachtwoorden uit het printergeheugen. |
Raak Terug > Menu Configuratie afsluiten aan.
De printer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld en keert terug naar de normale bedrijfsmodus.