Niet-vluchtig geheugen wissen

Met deze procedure worden individuele instellingen, apparaat- en netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen en embedded solutions gewist.

Voor printers met LED-beeldscherm

  1. Zet de printer uit.

  2. Open de voorklep.

  3. Houd de startknop ingedrukt terwijl u de printer inschakelt.

    Laat de startknop pas los als de volgorde waarin de lampjes op het bedieningspaneel branden, overeenkomt met de volgorde van de lampjes in de volgende afbeelding.

    Volgorde van lampjes op het bedieningspaneel van de printer voor het Configuratiemenu

    Papierinvoerlampje - Brandt geel

    Lampje voor tonercartridge - Brandt geel

    Lampje Gereed - Brandt groen

    Lampje van startknop - Brandt groen

  4. Druk op de knop Annuleren tot de volgorde waarin de lampjes op het bedieningspaneel branden, overeenkomt met de volgorde van de lampjes in de volgende afbeelding en druk vervolgens op de startknop.

    Volgorde van lampjes op het bedieningspaneel van de printer voor Alle instellingen wissen

    Papierinvoerlampje - Knippert geel

    Lampje voor tonercartridge - Knippert geel

    Opmerking: De printer wordt tijdens dit proces meerdere malen opnieuw opgestart.
  5. Sluit de klep.

Voor printers met een aanraakscherm of niet-aanraakscherm

  1. Zet de printer uit.

  2. Houd op het bedieningspaneel 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt.

    Laat beide knoppen pas los wanneer de voortgangsbalk op het beeldscherm wordt weergegeven. De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het Configuratiemenu wordt weergegeven.

  3. Selecteer Instellingen herstellen > Oud apparaat wissen > Geheugen.

    Voor printermodellen met een niet-aanraakscherm drukt u op de knop Selecteren of de knop OK om door de instellingen te navigeren.

    De printer voert een opstartcyclus uit.