U kunt wijzigingen aanbrengen in een afbeelding door de scaninstellingen aan te passen en de functie voor bijsnijden te gebruiken. Door deze instellingen aan te passen kunt u de kwaliteit bepalen van de afbeelding. U kunt bepaalde gedeelten meer of minder benadrukken door de afbeelding bij te snijden.
Opmerking: | u kunt de Aangepaste instellingen gebruiken om de kleurdiepte en de resolutie handmatig te wijzigen en een optie voor effenen instellen. |
Opmerking: | u kunt waarden voor helderheid, contrast, gamma, verzachten of verscherpen instellen, opgeven of u negatiefkleuren wilt gebruiken, linksom of rechtsom spiegelen en de afbeelding draaien. |
Opmerking: | het gescande document wordt naar de geselecteerde bestemming of fototoepassing verzonden zodat u ze kunt opslaan of bewerken. |
Formaat van afbeeldingen wijzigen