Optie | Functie |
---|---|
Actieve NIC
| Opmerkingen:
|
Opmerking: Dit menu bevat alleen actieve poorten. Alle inactieve poorten zijn weggelaten. |
Optie | Functie |
---|---|
PCL SmartSwitch
| De printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PCL-emulatie als dit door een afdruktaak wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
PS SmartSwitch
| De printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
NPA-modus
| Instellen of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie moet uitvoeren, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPA-protocol. Opmerkingen:
|
Netwerkbuffer
| De grootte van de netwerkinvoerbuffer instellen. Opmerkingen:
|
Taken in buffer
| Afdruktaken tijdelijk opslaan op de vaste schijf van de printer voordat deze worden afgedrukt. Dit menu wordt alleen weergegeven als er een geformatteerde vaste schijf is geïnstalleerd. Opmerkingen:
|
Mac binair PS
| Printer instellen voor de verwerking van binaire PostScript-afdruktaken voor Macintosh. Opmerkingen:
|
Standaardnetwerkinstelling OF Netwerk [x] instellen
| De netwerkinstellingen van de printer weergeven en instellen. Opmerking: Het menu Draadloos verschijnt alleen als de printer op een draadloos netwerk is aangesloten. |
Ga als volgt te werk om het menu te openen:
Menu Netwerk/poorten >Netwerken/Poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >Rapporten
Menu Netwerk/poorten >Netwerken/Poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] Instellen >Rapporten
Optie | Functie |
---|---|
Configuratiepagina afdrukken | Een rapport afdrukken met informatie over de instellingen van de netwerkprinter, zoals het TCP/IP-adres. |
Ga als volgt te werk om het menu te openen:
Menu Netwerk/poorten >Netwerk/poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >Netwerkkaart
Menu Netwerk/poorten >Netwerk/poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] instellen >Netwerkkaart
Optie | Functie |
---|---|
Kaartstatus weergeven
| De verbindingsstatus van de netwerkkaart weergeven. |
Kaartsnelheid weergeven | De snelheid van een actieve netwerkkaart weergeven. |
Netwerkadres
| De netwerkadressen weergeven. |
Timeout taak0, 10–255 seconden | Instellen na hoeveel seconden een via het netwerk opgegeven afdruktaak kan worden geannuleerd. Opmerkingen:
|
Bannerpagina
| Een bannerpagina afdrukken met de printer. Opmerking: Uit is de standaardinstelling. |
Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar op netwerkmodellen of printers die zijn aangesloten op afdrukservers. |
Ga als volgt te werk om het menu te openen:
Netwerk/poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >TCP/IP
Netwerk/poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] Instellen >TCP/IP
Optie | Functie |
---|---|
Inschakelen
| TCP/IP in- of uitschakelen. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Hostnaam instellen | De huidige TCP/IP-hostnaam instellen. Opmerking: Deze optie kan alleen worden gewijzigd vanuit de Embedded Web Server. |
IP-adres | Het huidige TCP/IP-adres bekijken of wijzigen. Opmerking: Handmatige instelling van het IP-adres zet de instellingen voor DHCP inschakelen en Autom. IP op Uit. Het zet BOOTP inschakelen en RARP inschakelen op Uit op systemen die BOOTP en RARP ondersteunen. |
Netmasker | Het huidige TCP/IP-netmasker bekijken of wijzigen. |
Gateway | De huidige TCP/IP-gateway bekijken of wijzigen. |
DHCP inschakelen
| Het DHCP-adres en de instelling voor parametertoewijzing opgeven. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
RARP inschakelen
| De instelling voor de toewijzing van het RARP-adres opgeven. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
BOOTP inschakelen
| De instelling voor de toewijzing van het BOOTP-adres opgeven. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
AutoIP inschakelen
| De netwerkinstelling voor nulconfiguratie opgeven. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
FTP/TFTP inschakelen
| De ingebouwde FTP-server inschakelen, waarmee u bestanden naar de printer kunt sturen via het bestandsoverdrachtprotocol. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
HTTP-server inschakelen
| De ingebouwde webserver (Embedded Web Server) inschakelen. Als deze optie is ingeschakeld, kunt u de printer op afstand bewaken en beheren met behulp van een webbrowser. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
WINS-serveradres | Het huidige WINS-serveradres bekijken of wijzigen. |
DDNS inschakelen
| De huidige DDNS-instelling bekijken of wijzigen. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
mDNS inschakelen
| De huidige mDNS-instelling bekijken of wijzigen. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
DNS-serveradres | Het huidige DNS-serveradres bekijken of wijzigen. |
HTTPS inschakelen
| De huidige HTTPS-instelling bekijken of wijzigen. Opmerking: Ja is de standaardinstelling. |
Ga als volgt te werk om het menu te openen:
Menu Netwerk/poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >IPv6
Menu Netwerk/poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] instellen >IPv6
Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar op netwerkprinters of printers die zijn aangesloten op afdrukservers. |
Optie | Functie |
---|---|
IPv6 inschakelen
| IPv6 inschakelen op de printer. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Autom. configuratie
| Instellen of de netwerkadapter de door een router automatisch geconfigureerde IPv6-adressen accepteert. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Hostnaam instellen | De hostnaam instellen. Opmerking: deze instellingen kunt u alleen wijzigen via de Embedded Web Server. |
Adres weergeven | |
Routeradres weergeven | |
Schakel DHCPv6 in
| DHCPv6 inschakelen op de printer. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar op printermodellen die zijn verbonden met een draadloos netwerk. |
U kunt als volgt het menu openen:
Netwerk/poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >Draadloos
Netwerk/poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] instellen >Draadloos
Optie | Functie |
---|---|
Wi-Fi Protected Setup (WPS)
| Een draadloos netwerk instellen en netwerkbeveiliging inschakelen. Opmerkingen:
|
WPS-autodetectie in-/uitschakelen
| Automatisch vaststellen welke verbindingsmethode een toegangspunt met WPS gebruikt: Methode met drukknop starten of Methode met pincode starten. Opmerking: De standaardinstelling is Uitschakelen. |
Netwerkmodus
| De netwerkmodus opgeven. Opmerkingen:
|
Compatibiliteit
| De standaard voor draadloos netwerkgebruik opgeven voor het draadloze netwerk. Opmerking: De standaardinstelling is 2.11b/g/n. |
Netwerk kiezen | Een beschikbaar netwerk voor de printer selecteren. |
Signaalsterkte weergeven | De kwaliteit van de draadloze verbinding weergeven. |
Beveiligingsmodus weergeven | De coderingsmethode voor het draadloze netwerk weergeven. |
U kunt als volgt het menu openen:
Netwerk/poorten >Standaardnetwerk >Standaardnetwerkinstelling >AppleTalk
Netwerk/Poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] Instellingen >AppleTalk
Optie | Tot |
---|---|
Inschakelen
| Ondersteuning voor AppleTalk in- of uitschakelen. Opmerking: "Nee" is de standaardinstelling. |
Naam weergeven | De toegewezen AppleTalk-naam weergeven. Opmerking: U kunt de AppleTalk-naam alleen wijzigen via de Embedded Web Server. |
Adres weergeven | Het toegewezen AppleTalk-adres weergeven. Opmerking: U kunt het AppleTalk-adres alleen wijzigen via de Embedded Web Server. |
Zone instellen
| Een lijst met AppleTalk-zones weergeven die op het netwerk beschikbaar zijn. Opmerking: De standaardzone voor het netwerk is de standaardinstelling. |
Optie | Functie |
---|---|
PCL SmartSwitch
| De printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PCL-emulatie als dit door een afdruktaak op de USB-poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
PS SmartSwitch
| De printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak op de USB-poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
NPA-modus
| Instellen of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie moet uitvoeren, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPA-protocol. Opmerkingen:
|
USB-buffer
| De grootte van de USB-invoerbuffer instellen. Opmerkingen:
|
Taken in buffer
| Afdruktaken tijdelijk opslaan op de vaste schijf van de printer voordat deze worden afgedrukt. Opmerkingen:
|
Mac binair PS
| Printer instellen voor de verwerking van binaire PostScript-afdruktaken voor Macintosh. Opmerkingen:
|
ENA-adres
| Netwerkadresgegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
ENA-netmasker
| Netmaskergegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
ENA-gateway
| Gatewaygegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
Opmerking: Dit menu verschijnt alleen als een optionele, parallelle kaart is geïnstalleerd. |
Optie | Functie |
---|---|
PCL SmartSwitch
| Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PCL-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
PS SmartSwitch
| Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
NPA-modus
| Instellen of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie moet uitvoeren, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPA-protocol. Opmerkingen:
|
Parallelbuffer
| Grootte van de parallelle invoerbuffer instellen. Opmerkingen:
|
Taken in buffer
| Afdruktaken tijdelijk opslaan op de vaste schijf van de printer voordat deze worden afgedrukt. Opmerkingen:
|
Uitgebreide status
| Bidirectionele communicatie via de parallelle poort inschakelen. Opmerkingen:
|
Protocol
| Protocol instellen voor de parallelle poort. Opmerkingen:
|
INIT honoreren
| Bepalen of de printer printerhardware-initialisatieverzoeken van de computer honoreert. Opmerkingen:
|
Parallelle modus 2
| Bepalen hoe de gegevens van de parallelle poort worden gesampled aan de voor- of achterkant van de strobe. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. |
Mac binair PS
| Printer instellen voor de verwerking van binaire PostScript-afdruktaken voor Macintosh. Opmerkingen:
|
ENA-adres
| Netwerkadresgegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu-item is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
ENA-netmasker
| Netmaskergegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu-item is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
ENA-gateway
| Gatewaygegevens voor een externe afdrukserver instellen. Opmerking: Dit menu-item is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver. |
Opmerking: Dit menu verschijnt alleen als een optionele, seriële kaart is geïnstalleerd. |
Optie | Functie |
---|---|
PCL SmartSwitch
| Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PCL-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
PS SmartSwitch
| Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen:
|
NPA-modus
| Instellen of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie moet uitvoeren, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPA-protocol. Opmerkingen:
|
Seriële buffer
| De grootte van de seriële invoerbuffer instellen. Opmerkingen:
|
Taken in buffer
| Afdruktaken tijdelijk opslaan op de vaste schijf van de printer voordat deze worden afgedrukt. Opmerkingen:
|
Protocol
| De instellingen van de hardware- en software-handshaking voor de seriële poort selecteren. Opmerkingen:
|
Robust XON
| Bepalen of de beschikbaarheid van de printer wordt gemeld aan de computer. Opmerkingen:
|
Baud
| Instellen met welke snelheid gegevens via de seriële poort kunnen worden ontvangen. Opmerkingen:
|
Databits
| Instellen hoeveel databits per transmissieframe worden verzonden. Opmerking: 8 is de standaardinstelling. |
Pariteit
| De pariteit voor seriële in- en uitvoerframes instellen. Opmerking: Geen is de standaardinstelling. |
DSR honoreren
| Bepalen of de printer al dan niet het DSR-signaal gebruikt. Opmerkingen:
|
Optie | Functie |
---|---|
* Dit menu verschijnt alleen op printermodellen met aanraakscherm. | |
Primaire SMTP-gateway | Gegevens opgeven voor de SMTP-servergateway en -poort. Opmerking: "25" is de standaard-SMTP-gatewaypoort. |
Primaire SMTP-gatewaypoort | |
Secundaire SMTP-gateway | |
Primaire SMTP-gatewaypoort | |
SMTP-time-out
| Opgeven na hoeveel seconden de server een poging om e-mail te verzenden beëindigt. Opmerking: 30 seconden is de standaardinstelling. |
Antwoordadres | Een antwoordadres van maximaal 128 tekens opgeven in e-mailberichten die door de printer worden verzonden. |
SSL gebruiken
| Printer instellen op het gebruik van SSL voor extra veiligheid bij het maken van een verbinding met de SMTP-server. Opmerkingen:
|
Verificatie SMTP-server
| Opgeven welk type gebruikersverificatie vereist is voor het scannen naar e-mail. Opmerking: Geen verifcatie vereist is de standaardinstelling. |
Door het apparaat geïnitieerde e-mail
| Opgeven welke referenties worden gebruikt bij het communiceren met de SMTP-server. Sommige SMTP-servers vereisen referenties om e-mail te kunnen verzenden. Opmerkingen:
|
Door de gebruiker geïnitieerde e-mail*
| |
Gebruikersnaam apparaat | |
Wachtwoord apparaat | |
Kerberos 5-realm | |
NTLM-domein |