Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen

Met de informatie in de volgende onderwerpen kunt u problemen met betrekking tot de afdrukkwaliteit oplossen. Neem contact op met onze klantenondersteuning als u het probleem hiermee niet kunt oplossen. Mogelijk moet een printeronderdeel worden afgesteld of vervangen.

Problemen met afdrukkwaliteit opsporen

U kunt problemen met de afdrukkwaliteit opsporen door de testpagina's voor afdrukkwaliteit af te drukken. U moet echter eerst controleren of er afdrukmateriaal in de standaardlade is geplaatst:

  1. Zet de printer uit.

  2. Plaats papier van A4- of Letter-formaat in de standaardlade. Plaats de papierstapel tegen de achterkant van de lade zoals weergegeven met de aanbevolen afdrukzijde omlaag. Gebruik de lijn voor de maximale hoeveelheid aan de zijkant van de lade als richtlijn. Plaats niet te veel materiaal in de lade.

U drukt als volgt de testpagina's voor afdrukkwaliteit af:

  1. Zet de printer uit.

  2. Houd op het bedieningspaneel en de pijl naar rechts ingedrukt terwijl u de printer aanzet.

  3. Laat de knoppen los zodra MENU CONFIG wordt weergegeven.

  4. Druk op de pijltoetsen totdat Testpagina's afdrukkwaliteit wordt weergegeven en druk vervolgens op .

    De testpagina's voor de afdrukkwaliteit worden afgedrukt.

  5. Druk op de pijltoetsen totdat Menu Configuratie afsluiten verschijnt en druk vervolgens op .

    Printer wordt opnieuw ingesteld wordt kort weergegeven. Vervolgens wordt Gereed weergegeven.

Blanco pagina's

Probeer een van de volgende oplossingen:

Als de printer nog steeds lege pagina's uitvoert, heeft deze wellicht onderhoud nodig. Neem voor meer informatie contact op met klantenondersteuning.

Tekens hebben gekartelde of ongelijkmatige randen

Als u werkt met geladen lettertypen, controleer dan of de lettertypen worden ondersteund door de printer, de hostcomputer en het softwareprogramma.

Onvolledige afbeeldingen

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:

Controleer de papiergeleiders

Schuif de breedte- en lengtegeleiders in de juiste positie voor het papier dat in de printer is geplaatst.


Controleer de instelling voor papierformaat.

Zorg dat de instelling voor papierformaat overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.

Grijze achtergrond

Zwevende afbeeldingen

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:

De fotoconductorkit is defect.

Vervang de fotoconductor.


Controleer de instelling voor papiersoort.

Onjuiste marges

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:

Controleer de papiergeleiders

Schuif de breedte- en lengtegeleiders in de juiste positie voor het papier dat in de printer is geplaatst.


Controleer de instelling voor papierformaat.

Zorg dat de instelling voor papierformaat overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.


Controleer de instelling voor paginaformaat.

Geef het juiste paginaformaat op via Printereigenschappen, het dialoogvenster Druk af of het gebruikte programma voor u de taak naar de printer verzendt.

Gekruld papier

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:

Controleer de instelling voor papiersoort.


Het papier heeft vocht geabsorbeerd vanwege hoge luchtvochtigheid

Afdruk is te donker

Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:

Controleer de instellingen voor donkerheid, helderheid en contrast

De instelling Tonerintensiteit is te hoog, de instelling Helderheid is te hoog of de instelling Contrast is te hoog.


Het papier heeft in een vochtige omgeving gelegen en heeft daardoor vocht opgenomen


Controleer het papier.

Vermijd het gebruik van structuurpapier met een enigszins ruw oppervlak.


Controleer de instelling voor papiersoort


De tonercartridge is mogelijk beschadigd

Vervang de tonercartridge.

Afdruk is te licht

Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:

Controleer de instellingen voor donkerheid, helderheid en contrast

De instelling Tonerintensiteit is te laag, de instelling Helderheid is te laag of de instelling Contrast is te laag.


Het papier heeft in een vochtige omgeving gelegen en heeft daardoor vocht opgenomen


Controleer het papier.

Vermijd het gebruik van structuurpapier met een enigszins ruw oppervlak.


Controleer de instelling voor papiersoort


De toner is bijna op

Bestel een nieuwe tonercartridge als 88 Cartridge bijna leeg wordt weergegeven.


De tonercartridge is mogelijk beschadigd

Vervang de tonercartridge.

Scheve afdruk

De papiergeleiders controleren

Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst.


Het papier controleren

Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties.

Op de pagina verschijnen lichte tonervegen of schaduwen op de achtergrond

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:

De tonercartridge is mogelijk beschadigd

Vervang de tonercartridge.


Er is toner in de papierbaan terechtgekomen

Neem contact op met de klantenservice.

De toner laat los

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:

Controleer de instelling voor papiersoort.

Zorg dat de instelling voor papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.


Controleer de instelling voor papierstructuur.

Zorg dat de instelling voor papierstructuur overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.

Tonervlekjes

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:

De tonercartridge is mogelijk beschadigd

Vervang de tonercartridge.


Er is toner in de papierbaan terechtgekomen

Neem contact op met de klantenservice.

Afdrukkwaliteit van transparant is laag

Transparanten controleren

Gebruik uitsluitend transparanten die door de fabrikant van de printer worden aanbevolen.


De instelling voor papiersoort controleren

Plaats de transparanten in de lade en stel de Papiersoort in op Transparanten.

Horizontale strepen

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:

De toner kan vlekken wanneer het papier wordt ingevoerd van een bepaalde bron

Selecteer in Eigenschappen, het dialoogvenster Druk af of het bedieningspaneel een andere lade of invoer voor het papier van de taak.


De tonercartridge is mogelijk beschadigd

Vervang de tonercartridge.


Zorg ervoor dat de papierbaan vrij van papier is

Er wellicht papier vastlopen tussen de fotoconductorkit en het verhittingsstation. Controleer de papierbaan rond het verhittingsstation.

hot_surface caution icon LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. Om letstel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.

Verwijder al het papier dat u ziet.


Er is wellicht te veel toner in de papierbaan terechtgekomen

Neem contact op met de klantenservice.

Verticale strepen

Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:

De toner kan vlekken wanneer het papier wordt ingevoerd van een bepaalde bron

Selecteer in Eigenschappen, het dialoogvenster Druk af of het bedieningspaneel een andere lade of invoer voor het papier van de taak.


De tonercartridge is defect

Vervang de tonercartridge.


Zorg ervoor dat de papierbaan vrij van papier is

Er wellicht papier vastlopen tussen de fotoconductorkit en het verhittingsstation. Controleer de papierbaan rond het verhittingsstation.

Let op—Kans op beschadiging: Raak de fotoconductor op de onderzijde van de fotoconductorkit niet aan. Gebruik de handgreep om de cartridge vast te houden.
hot_surface caution icon LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. Om letstel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.

Verwijder al het papier dat u ziet.


Er is wellicht te veel toner in de papierbaan terechtgekomen

Neem contact op met de klantenservice.

Transparanten of vellen papier bevatten effen zwarte of witte strepen


Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:

Controleer of het vulpatroon juist is

Als het vulpatroon niet juist is, selecteert u een ander vulpatroon in het programma.


Controleer de papiersoort


Zorg dat de toner gelijkmatig verdeeld is over de tonercartridge

Verwijder de tonercartridge uit de printer en schud de cartridge heen en weer om de toner gelijkmatig te verdelen en de levensduur van de cartridge te verlengen en plaats hierna de cartridge terug in de printer.


De tonercartridge is misschien beschadigd of bijna leeg

Vervang de tonercartridge door de nieuwe cartridge.