Sluit de printer aan op een computer of een netwerk.
Gebruik een USB-kabel of een parallelle kabel voor een lokale verbinding.
Gebruik een Ethernet-kabel voor een netwerkverbinding.
Sluit het netsnoer eerst aan op de printer en vervolgens pas op een correct geaard stopcontact.
1 | Ethernetpoort |
2de twee | USB-poort Let op—Kans op beschadiging: Raak tijdens het afdrukken niet de USB-kabel, netwerkadapters of het aangegeven deel van de printer aan. Dit kan leiden tot gegevensverlies of een storing. |
3 | Parallelle poort Opmerking: Als uw printer een draadloos model is, bevindt de draadloze antenne zich hier. |
4 | Aansluiting voor netsnoer |