Deze instructies gelden voor ethernet- en glasvezelnetwerkverbindingen.
Controleer het volgende voor u de printer installeert op een bedraad netwerk:
U hebt de eerste installatie van de printer voltooid.
De printer is aangesloten op uw netwerk met de juiste soort kabel.
Plaats de cd Software en documentatie.
Wacht totdat het welkomstscherm wordt weergegeven.
Als de cd na een minuut niet wordt gestart, gaat u als volgt te werk:
Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren.
Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren
, waarbij D de letter van uw cd-rom- of dvd-romstation is.Klik op Printer en software installeren.
Klik op Akkoord om de licentieovereenkomst te accepteren.
Selecteer Aanbevolen en klik vervolgens op Volgende.
Opmerking: Als u de printer wilt configureren voor gebruik met een statisch IP-adres via IPv6 of printers wilt configureren via scripts, kiest u Custom (Aangepast) en volgt u de aanwijzigen op het scherm. |
Select Wired Network Attach (Aangesloten op bedraad netwerk) en klik op Next (Volgende).
Selecteer de printerfabrikant in de lijst.
Selecteer het printermodel in de lijst en klik op Next (Volgende).
Selecteer de printer in de lijst met gevonden netwerkprinters en klik op Finish (Voltooien).
Opmerking: Als de geconfigureerde printer niet wordt weergegeven, klikt u op Add Port (Poort toevoegen) en volgt u de aanwijzingen op het computerscherm. |
Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Stel in dat de DHCP-server van het netwerk een IP-adres toewijst aan de printer.
Druk vanaf de printer de netwerkconfiguratiepagina af. Voor meer informatie over het afdrukken van een netwerkinstallatiepagina, zie Pagina met netwerkinstellingen afdrukken.
U vindt het IP-adres van de printer in het TCP/IP-gedeelte van de netwerkinstallatiepagina. U zult dit IP-adres nodig hebben bij de toegangsconfiguratie van computers op een ander subnet dan de printer.
Installeer de stuurprogramma's en voeg de printer toe.
Installeer een PPD-bestand op de computer:
Plaats de cd Software en documentatie in het cd-rom- of dvd-romstation
Dubbelklik op het printerinstallatiepakket.
Klik in het welkomstvenster op Ga door.
Klik nogmaals op Ga door nadat u het Leesmij-bestand hebt gelezen.
Lees de licentieovereenkomst door, klik op Ga door en klik vervolgens op Akkoord om hiermee akkoord te gaan.
Kies een bestemming en klik op Ga door.
Klik in het scherm Standaard op Installeer.
Voer het gebruikerswachtwoord in en klik vervolgens op OK.
Alle benodigde software wordt op de computer geïnstalleerd.
Klik op Opnieuw opstarten wanneer de installatie is voltooid.
Voeg de printer toe:
Voor afdrukken via IP:
Kies vanuit het Apple-menu Systeemvoorkeuren.
Klik op Afdrukken en faxen.
Klik op +.
Klik op IP.
Typ het IP-adres van de printer in het adresveld.
Klik op Voeg toe.
Kies in de Finder Ga > Programma's.
Dubbelklik op Utilities.
Dubbelklik op Printerconfiguratie of Afdrukbeheer.
Kies Voeg toe in de printerlijst.
Klik op IP.
Typ het IP-adres van de printer in het adresveld.
Klik op Voeg toe.
Voor afdrukken via AppleTalk:
Kies vanuit het Apple-menu Systeemvoorkeuren.
Klik op Afdrukken en faxen.
Klik op +.
Klik op AppleTalk.
Selecteer de printer uit de lijst.
Klik op Voeg toe.
Kies in de Finder Ga > Programma's.
Dubbelklik op Utilities.
Dubbelklik op Printerconfiguratie of Afdrukbeheer.
Kies Voeg toe in de printerlijst.
Selecteer het tabblad Standaardbrowser.
Klik op Meer printers.
Kies AppleTalk in het eerste pop-upmenu.
Selecteer Lokale AppleTalk-zone in het tweede pop-upmenu.
Selecteer de printer uit de lijst.
Klik op Voeg toe.
Opmerking: als de printer niet in de lijst verschijnt, moet u deze mogelijk toevoegen met behulp van het IP-adres. Neem voor ondersteuning contact op met de systeembeheerder. |