De scanner bevat verschillende soorten geheugens waarin apparaat- en netwerkinstellingen, informatie uit ingesloten oplossingen en gebruikersgegevens kunnen worden opgeslagen. De volgende soorten geheugens en gegevens kunnen worden opgeslagen:
Vluchtig geheugen: het apparaat gebruikt standaard RAM-geheugen (Random Access Memory) om gebruikersgegevens te bufferen tijdens eenvoudige afdruk- en kopieertaken.
Niet-vluchtig geheugen: Het apparaat gebruikt mogelijk twee soorten niet-vluchtig geheugen: EEPROM en NAND (flashgeheugen). Beide soorten worden gebruikt voor de opslag van het besturingssysteem, apparaatinstellingen, netwerkinformatie, scanner- en bladwijzerinstellingen en ingesloten oplossingen.
Geheugen op de vaste schijf: In sommige apparaten is een vaste schijf geïnstalleerd. De vaste schijf van de scanner is ontworpen voor apparaatspecifieke functies en kan niet worden gebruikt voor langdurige opslag van gegevens die niet zijn gerelateerd aan afdrukken. De vaste schijf biedt gebruikers geen mogelijkheden om gegevens te extraheren, mappen en schijf- of netwerkshares te maken, of informatie rechtstreeks via FTP op te halen van een clientapparaat. De vaste schijf kan gebufferde gebruikersgegevens voor complex scan-, afdruk-, kopieer- en faxtaken bevatten en gegevens van formulieren en lettertypen.
U kunt de geheugeninhoud van de apparaten die op de scanner zijn geïnstalleerd om diverse redenen wissen. Dit geldt onder andere in de volgende gevallen:
De scanner wordt uit gebruik genomen.
De vaste schijf van de scanner wordt vervangen.
De scanner wordt verplaatst naar een andere afdeling of een ander kantoor.
Er moet onderhoud aan de scanner worden uitgevoerd door iemand buiten uw organisatie.
De scanner moet voor onderhoud worden vervoerd naar een locatie buiten uw bedrijf.
Opmerking: Niet alle printers en scanners beschikken over een vaste schijf. |
In omgevingen waar met zeer gevoelige informatie wordt gewerkt, moeten mogelijk extra maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke gegevens op de vaste schijf van de scanner niet toegankelijk zijn nadat de scanner of de vaste schijf van de scanner is verwijderd van de betreffende bedrijfslocatie.
Demagnetiseren: hiermee wordt de vaste schijf blootgesteld aan een magnetisch veld waardoor de opgeslagen gegevens worden gewist
Pletten: de vaste schijf fysiek samenpersen waardoor de onderdelen breken en onleesbaar worden
Verbrijzelen: de vaste schijf fysiek opdelen in kleine metalen stukjes
Opmerking: De enige manier waarop u zeker weet dat alle gegevens volledig worden gewist, is het fysiek vernietigen van elk geheugenapparaat waarop mogelijk gegevens zijn opgeslagen. |