Interne opties installeren

shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u de printer eerst uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.

Beschikbare interne opties

Mogelijk zijn niet al deze opties beschikbaar. Neem voor meer informatie contact op met het verkooppunt waar u de printer hebt gekocht.

Klep van systeemkaart openen voor installatie van interne opties

Opmerking: Hiervoor hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
  1. Open de klep van de systeemkaart.

  2. Draai de schroef op de klep van de systeemkaart los.

  3. Verwijder de klep van de systeemkaart.

  4. Onderstaande illustratie geeft aan waar de juiste connector te vinden is.

    Let op—Kans op beschadiging: de elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de printer aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.

    1

    Connectors voor firmwarekaarten en flashgeheugenkaarten

    2

    Connector voor geheugenkaart

    3

    Connector voor Lexmark Internal Solutions Port of vaste schijf van printer


Een geheugenkaart installeren

Opmerking: Hiervoor hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Let op—Kans op beschadiging: De elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de printer aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.

Een optionele geheugenkaart kan afzonderlijk worden aangeschaft en op de systeemkaart worden bevestigd. U installeert de geheugenkaart als volgt:

  1. De systeemkaart openen.

  2. Haal de geheugenkaart uit de verpakking.

    Opmerking: Raak de aansluitpunten aan de rand van de kaart niet aan.
  3. Open de vergrendelingen van de connector voor de geheugenkaart.

  4. Lijn de uitsparingen op de geheugenkaart uit met de ribbels op de connector.

    1

    Uitsparingen

    2

    Ribbels


  5. Duw de geheugenkaart recht in de connector tot de kaart vastklikt.

  6. Plaats de afdekking van de systeemkaart terug en sluit de klep van de systeemkaart.

Een flashgeheugenkaart of firmwarekaart installeren

Opmerking: Hiervoor hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.

De systeemkaart heeft twee connectoren voor een optionele flashgeheugenkaart of firmwarekaart. Slechts één van elk kan worden geïnstalleerd, maar de connectoren zijn uitwisselbaar.

shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Let op—Kans op beschadiging: De elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de printer aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
  1. De systeemkaart openen.

  2. Pak de kaart uit.

    Opmerking: Raak de elektrische onderdelen op de kaart niet aan.
  3. Houd de kaart aan de zijkanten vast en breng de pinnen aan de onderkant op gelijke hoogte met de uitsparingen in de systeemkaart.

    1

    Plastic pinnen

    2

    Metalen pinnen


  4. Druk de kaart stevig op zijn plaats.

    Opmerkingen:

    • De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart.
    • Zorg ervoor dat de aansluitpunten niet beschadigd raken.
  5. Plaats de afdekking van de systeemkaart terug en sluit de klep van de systeemkaart.

Een Internal Solutions Port installeren

De systeemkaart ondersteunt één optionele Lexmark Internal Solutions Port (ISP). Installeer een ISP voor extra aansluitingsopties.

Opmerking: Hiervoor hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Let op—Kans op beschadiging: de elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de printer aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
  1. Open de systeemkaart.

  2. Haal de ISP en het plastic T-stuk uit de verpakking.

    Opmerking: Raak de onderdelen op de kaart niet aan.
  3. Zoek de juiste connector op de systeemkaart.

    Opmerking: Als momenteel een optionele vaste schijf van een printer is geïnstalleerd, moet die harde schijf eerst worden verwijderd. U verwijdert als volgt de vaste schijf:
    1. Koppel de interfacekabel van de vaste schijf van de printer los van de systeemkaart, maar laat de kabel op de vaste schijf van de printer aangesloten. Als u de kabel wilt loskoppelen, knijpt u op de peddel aan de plug van de interfacekabel om de vergrendeling te openen alvorens de kabel eruit te trekken.

    2. Verwijder de schroeven waarmee de vaste schijf van de printer is vastgezet.

    3. Verwijder de vaste schijf van de printer door deze naar boven te tillen zodat de uitsteeksels loskomen.

    4. Verwijder de duimschroeven waarmee de montagebeugel van de vaste schijf van de printer op die schijf is bevestigd en verwijder dan de beugel. Zet de vaste schijf van de printer opzij.

  4. Verwijder de metalen klep van de ISP-opening.

  5. Lijn de stukken van het plastic T-stuk uit met de openingen in de systeemkaart en druk het T-stuk dan naar beneden tot het vastklikt. Controleer of elk stuk van het T-stuk volledig is vastgeklikt en of het T-stuk stevig op de systeemkaart is bevestigd.

  6. Installeer de ISP op het plastic T-stuk. Houd de ISP schuin boven het plastic T-stuk en laat de ISP dan zodanig zakken dat alle overhangende connectors door de ISP-opening in de systeemkaartbehuizing kunnen worden geleid.

  7. Laat de ISP tot op het plastic T-stuk zakken tot de ISP zich tussen de geleiders van het plastic T-stuk bevindt.

  8. Plaats de lange duimschroef en draai deze rechtsom tot de ISP vastzit, maar draai de duimschroef nu nog niet stevig aan.

  9. Bevestig de twee meegeleverde schroeven om de ISP-montagebeugel op de systeemkaartbehuizing vast te maken.

  10. Draai de lange duimschroef stevig aan.

    Opmerking: Draai de duimschroef niet te hard aan.
  11. Steek de plug van de ISP-interfacekabel in de connector van de systeemkaart.

    Opmerking: De pluggen en connectors zijn kleurgecodeerd.
  12. Als al eerder een vaste schijf van de printer is geïnstalleerd, bevestig dan de vaste schijf van de printer op de ISP. Zie Vaste schijf van printer installeren voor meer informatie.

  13. Plaats de afdekking van de systeemkaart terug en sluit de klep van de systeemkaart.

Vaste schijf van printer installeren

De optionele vaste schijf van de printer kan met of zonder een Lexmark Internal Solutions Port (ISP) worden geïnstalleerd.

Opmerking: Hiervoor hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
shock_hazard caution icon LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: wanneer u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of als u optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Let op—Kans op beschadiging: de elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de printer aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
  1. Open de systeemkaart.

  2. Haal de vaste schijf van de printer uit de verpakking.

    Opmerking: Raak de onderdelen op de kaart niet aan.
  3. Zoek de juiste connector op de systeemkaart.

    Opmerking: Als momenteel een optionele ISP is geïnstalleerd, dan moet de vaste schijf van de printer op de ISP worden geïnstalleerd.

    U installeert de vaste schijf van een printer als volgt op de ISP:

    1. Draai de schroeven los met de schroevendraaier met platte kop. Verwijder de duimschroeven waarmee de montagebeugel van de vaste schijf van de printer op die schijf is bevestigd en verwijder daarna de beugel.

    2. Lijn de uitsteeksels van de vaste schijf van de printer uit met de openingen in de ISP en druk deze dan naar beneden op de vaste schijf van de printer tot de uitsteeksels stevig op hun plaats zitten.

    3. Steek de plug van de interfacekabel van de vaste schijf van de printer in de connector van de ISP.

      Opmerking: De pluggen en connectors zijn kleurgecodeerd.

    U installeert een vaste schijf van de printer als volgt rechtstreeks op de systeemkaart:

    1. Lijn de uitsteeksels van de vaste schijf van de printer uit met de openingen in de systeemkaart en druk deze dan naar beneden op de vaste schijf van de printer tot de uitsteeksels stevig op hun plaats zitten.

    2. Bevestig de twee meegeleverde schroeven om de montagebeugel van de printer van de harde schijf vast te zetten.

    3. Steek de plug van de interfacekabel van de vaste schijf van de printer in de connector van de systeemkaart.

      Opmerking: De pluggen en connectors zijn kleurgecodeerd.
  4. Plaats de afdekking van de systeemkaart terug en sluit de klep van de systeemkaart.