Als er algemene printerproblemen zijn of als de printer niet reageert, controleert u het volgende:
Het netsnoer is aangesloten op de printer en op een geaard stopcontact.
Het stopcontact is niet uitgeschakeld via een schakelaar.
De aardlekschakelaar (GFCI) is niet losgesprongen.
De printer is niet aangesloten op een overspanningsbeveiliger, een UPS of een verlengsnoer.
Andere elektrische apparatuur die op het stopcontact is aangesloten, werkt.
De printer is ingeschakeld. Controleer de aan/uit-schakelaar.
De printerkabel is goed aangesloten op de printer en op de hostcomputer, afdrukserver of ander netwerkapparaat.
De instellingen voor het printerstuurprogramma zijn correct.
Zodra u dit alles hebt gecontroleerd, zet u de printer uit. Wacht minimaal 10 seconden en zet de printer vervolgens weer aan. In veel gevallen is het probleem dan opgelost.