Gebruik briefhoofdpapier dat speciaal is ontworpen voor laserprinters.
Maak eerst enkele proefafdrukken op het briefhoofdpapier voordat u er grote hoeveelheden van aanschaft.
Waaier de stapel uit voordat u het briefhoofdpapier plaatst, zodat de vellen niet aan elkaar blijven plakken.
Wanneer u wilt afdrukken op briefhoofdpapier, is het belangrijk om de juiste afdrukstand in te stellen. Hier vindt u meer informatie over het laden van briefhoofdpapier:
Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden transparanten aanschaft.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op transparanten:
Voer transparanten in vanuit de standaardlade voor 250 vel of vanuit de handinvoer.
Gebruik transparanten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Informeer bij de fabrikant of de leverancier of de transparanten bestand zijn tegen temperaturen tot 190°C zonder dat ze smelten, verkleuren, verschuiven of schadelijke stoffen afgeven.
Opmerking: transparanten kunnen worden afgedrukt bij een temperatuur tot 200°C als Transparantgewicht is ingesteld op Zwaar en Transparantstructuur is ingesteld op Ruw. Als de transparanten die u gebruikt tegen deze temperatuur kunnen, selecteer dan die instellingen via de Embedded Web Server of vanuit het menu Papier in het bedieningspaneel van de printer. |
Zorg ervoor dat er geen vingerafdrukken op de transparanten komen. Dit kan namelijk een slechte afdrukkwaliteit tot gevolg hebben.
Waaier de stapel uit voordat u de transparanten plaatst, zodat de vellen niet aan elkaar blijven plakken.
Wij adviseren Lexmark artikelnummer 70X7240 voor transparanten van het formaat Letter en Lexmark artikelnummer 12A5010 voor transparanten van het formaat A4.
Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden enveloppen aanschaft.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op enveloppen:
Plaats enveloppen uit de handinvoer.
Gebruik enveloppen die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Informeer bij de fabrikant of de leverancier of de enveloppen bestand zijn tegen temperaturen tot 210°C zonder dat ze sluiten, kreukelen, buitensporig krullen of schadelijke stoffen afgeven.
Het beste resultaat bereikt u met enveloppen die zijn gemaakt van papier met een gewicht van 90 g/m2 of met een katoengehalte van 25%. Gebruik enveloppen met een gewicht van maximaal 105 g/m2, mits het katoengehalte lager is dan 25%. Katoenen enveloppen mogen niet zwaarder zijn dan 90 g/m2.
Het minimale ondersteunde gewicht voor enveloppen is 75 g/m2. Het minimale ondersteunde gewicht voor zelfklevende enveloppen met niet-loslatende strip is 80 g/m 2.
Gebruik alleen nieuwe enveloppen.
Voor de beste prestaties en een minimumaantal papierstoringen wordt u aangeraden geen enveloppen te gebruiken die:
Gemakkelijk krullen
Aan elkaar kleven of beschadigd zijn
Vensters, gaten, perforaties, uitsnijdingen of reliëf bevatten
Metalen klemmetjes, strikken of vouwklemmetjes bevatten
Zijn samengevouwen
Zijn voorzien van postzegels
Een (gedeeltelijk) onbedekte plakstrook hebben als de klepzijde is gesloten of is dichtgeplakt
Gebogen hoeken hebben
Een ruwe, geplooide of gelaagde afwerking hebben
Een ruwe, geplooide of gelaagde afwerking hebben
Pas de breedtegeleiders aan zodat deze overeenkomen met de breedte van de enveloppen.
Opmerking: een combinatie van hoge luchtvochtigheid (boven 60%) en hoge printertemperaturen kunnen de enveloppen kreuken of sluiten. |
Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden etiketten aanschaft.
Opmerking: gebruik alleen papieren etiketten. Vinyletiketten, etiketten voor apotheken en dubbelzijdige etiketten worden niet ondersteund. |
Raadpleeg de Card Stock & Label Guide (alleen Engelstalig) voor meer informatie over het afdrukken, de kenmerken en het ontwerp van etiketten. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark, op www.lexmark.com/publications.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op etiketten:
Gebruik alleen etiketten in de papierlade of de handinvoer. Gebruik geen etiketten in de ADI.
Gebruik etiketten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Controleer het volgende bij de fabrikant of verkoper:
De etiketten kunnen tegen een blootstelling aan temperaturen van 225°C en plakken niet vast, krullen niet om en kreuken niet en geven bij deze temperaturen geen gevaarlijke stoffen af.
Opmerking: etiketten kunnen bij de hoogste temperatuur worden afgedrukt als Gewicht etiketten is ingesteld op Zwaar. Selecteer deze instelling via de Embedded Web Server of via het menu Papier in het bedieningspaneel van de printer. |
Etikettenlijm, de voorzijde (bedrukbaar materiaal) en coating zijn bestand tegen 25 psi (172 kPa) druk zonder delaminatie, lekken aan de randen of het vrijkomen van gassen.
Gebruik geen etiketten met glad rugmateriaal.
Gebruik geen etikettenvellen waarop etiketten ontbreken. Etiketten van incomplete vellen kunnen losraken tijdens het afdrukken, waardoor een storing kan ontstaan bij het afdrukken. Door incomplete vellen kan er ook lijm in de printer of op de cartridges terechtkomen, waardoor de garantie voor de printer en de cartridge kan komen te vervallen.
Gebruik geen etiketten waarvan de lijm aan de oppervlakte ligt.
Druk niet af binnen 1 mm vanaf de rand van het etiket, vanaf de perforaties of tussen de snijranden van de etiketten.
Controleer of de kleefzijde van de etiketten niet buiten de randen van het vel uitsteekt. Gebruik bij voorkeur vellen waarop de lijm gericht is aangebracht op minstens 1 mm vanaf de randen. De lijm kan in de printer terecht komen, hetgeen gevolgen kan hebben voor de garantie op de printer.
Als gericht aangebrachte lijm niet mogelijk is, dient u een strook van 1,6 mm te verwijderen van de voorste (bovenste) rand en moet u lijm gebruiken die niet lekt.
Druk bij voorkeur af in de afdrukstand Staand, vooral bij het afdrukken van streepjescodes.
Karton is een zwaar, eenlaags speciaal afdrukmateriaal. Veel variabele kenmerken ervan, zoals vochtgehalte, dikte en structuur, kunnen de afdrukkwaliteit aanzienlijk beïnvloeden. Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden karton aanschaft.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op karton:
Zorg ervoor dat de Papiersoort Karton is.
Selecteer de juiste instelling voor Papierstructuur.
Houd er rekening mee dat voorbedrukt, geperforeerd en gekreukt materiaal de afdrukkwaliteit aanzienlijk kan beïnvloeden en het vastlopen van papier of andere verwerkingsproblemen kan veroorzaken.
Informeer bij de fabrikant of de leverancier of het karton bestand is tegen temperaturen tot 210 °C zonder dat er schadelijke stoffen vrijkomen.
Gebruik geen voorbedrukt karton dat chemische stoffen bevat die schadelijk kunnen zijn voor de printer. Voorbedrukt materiaal kan tot gevolg hebben dat halfvloeibare en vluchtige stoffen in de printer terechtkomen.
Gebruik indien mogelijk karton met vezels in de breedterichting.