Draadloos afdrukken instellen

Configuratie van printer op een draadloos netwerk voorbereiden

Opmerkingen:

Zorg dat u volgende gegevens bij de hand hebt voor u de printer configureert voor een draadloos netwerk:

De printer installeren op een draadloos netwerk (Windows)

Voordat u de printer installeert op een draadloos netwerk moet u het volgende controleren:

  1. Sluit het netsnoer aan op de printer, steek de stekker in een geaard stopcontact en schakel de stroom in.


    Opmerking: zorg dat de printer en computer zijn ingeschakeld en klaar zijn voor gebruik.
    Let op—Kans op beschadiging: Sluit de USB-kabel niet aan voordat dit wordt aangegeven op het scherm.
  2. Haal een exemplaar op van het installatiepakket voor de software.

    • Via de cd Software en documentatie die bij de printer is geleverd.

    • Via onze website:

      Ga op http://support.lexmark.com naar:

      ONDERSTEUNING & DOWNLOADEN > selecteer uw printer > selecteer uw besturingssysteem

  3. Dubbelklik op het installatiepakket.

    Wacht totdat het installatievenster wordt weergegeven.

    Ga als volgt te werk als u de cd Software en documentatie gebruikt en het installatievenster niet wordt weergegeven:

    Windows 8

    Typ Uitvoeren in de charm Zoeken en blader naar:

    Lijst met apps >Uitvoeren > typ D:\setup.exe >OK

    Windows 7 of lager:
    1. Klik op of op Start en klik op Uitvoeren.

    2. Typ D:\setup.exe in het dialoogvenster Zoekopdracht starten of Uitvoeren.

    3. Druk op Enter of klik op OK.

    Opmerking: D is de letter van uw cd-rom- of dvd-rom-station.
  4. Klik op Installeren en volg de aanwijzingen op het scherm.

  5. Als u wordt gevraagd een verbindingstype te selecteren, selecteert u Draadloze verbinding.

  6. Selecteer Stapsgewijze configuratie (aanbevolen) in het dialoogvenster Draadloze configuratie.

    Opmerking: Selecteer alleen Geavanceerde installatie als u de installatie wilt aanpassen.
  7. Sluit tijdelijk een USB-kabel aan tussen de computer op het draadloze netwerk en de printer.

    Opmerking: Nadat de printer is geconfigureerd, wordt u gevraagd om de tijdelijke USB-kabel los te maken, waarna u draadloos kunt afdrukken.
  8. Volg de aanwijzingen op het beeldscherm.

  9. Opmerking: Raadpleeg de Handleiding netwerken voor meer informatie over andere computers toestaan op het netwerk de draadloze printer te gebruiken.

De printer installeren op een draadloos netwerk (Macintosh)

Opmerking: Maak de Ethernet-kabel los voordat u de printer installeert op een draadloos netwerk.
Configuratie van de printer voorbereiden
  1. Sluit het netsnoer aan op de printer, steek de stekker in een geaard stopcontact en schakel de stroom in.

      

  2. Zoek het MAC-adres van de printer.

    1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

      >Rapporten > >Netwerkconfiguratiepagina >

      of

      >Rapporten >Netwerkconfiguratiepagina

    2. Ga in het gedeelte Standaardnetwerkkaart naar UAA (MAC).

      Opmerking: U hebt deze informatie later nodig.
Voer de printergegevens in
  1. Open de opties voor AirPort:

    Mac OS X 10.5 of hoger

    Ga via het Apple-menu naar een van de volgende onderdelen:

    • Systeemvoorkeuren >Netwerk >Wi-Fi

    • Systeemvoorkeuren >Netwerk >AirPort

    Mac OS X 10.4

    Blader in de Finder naar:

    Programma's >Internetverbinding >AirPort

  2. Selecteer in het voorgrondmenu Netwerknaam afdrukserver [yyyyyy], waarbij de y-tekens staan de laatste zes cijfers van het MAC-adres aangeven dat u hebt gevonden op het vel met het MAC-adres.

  3. Open een webbrowser.

  4. Selecteer Toon of Toon alle bladwijzers.

  5. Selecteer Bonjour of Rendezvous bij Collecties en dubbelklik op de printernaam.

    Opmerking: de toepassing die Rendezvous werd genoemd in Mac OS X 10.2, wordt nu Bonjour genoemd door Apple Inc.
  6. Blader in de Embedded Web Server naar het gedeelte met informatie over de draadloze instellingen.

De printer configureren voor draadloze toegang
  1. Typ de netwerknaam (SSID) in het daarvoor bedoelde veld.

  2. Selecteer Infrastructuur als uw netwerkmodus als u een toegangspunt (draadloze router) gebruikt.

  3. Selecteer het beveiligingstype voor het draadloze netwerk.

  4. Voer de beveiligingsinformatie in die nodig is om de printer verbinding te laten maken met uw draadloze netwerk.

  5. Klik op Verzenden.

  6. Open de toepassing AirPort op uw computer:

    Mac OS X 10.5 of hoger

    Ga via het Apple-menu naar een van de volgende onderdelen:

    • Systeemvoorkeuren >Netwerk >Wi-Fi

    • Systeemvoorkeuren >Netwerk >AirPort

    Mac OS X 10.4

    Blader in de Finder naar:

    Programma's >Internetverbinding >AirPort

  7. Selecteer in het voorgrondmenu Netwerk de naam van uw draadloze netwerk.

Configureer uw computer voor draadloos gebruik van de printer

Macintosh-gebruikers moeten voor het afdrukken op een netwerkprinter een aangepast printerstuurprogrammabestand installeren en een afdrukwachtrij te maken in Printerconfiguratie of Afdrukbeheer.

  1. Installeer een printerstuurprogramma op de computer:

    1. Haal een exemplaar op van het installatiepakket voor de software.

      • Via de cd Software en documentatie die bij de printer is geleverd.

      • Via onze website:

        Ga op http://support.lexmark.com naar:

        ONDERSTEUNING & DOWNLOADEN > selecteer uw printer > selecteer uw besturingssysteem

    2. Dubbelklik op het installatiepakket van de printer.

    3. Volg de aanwijzingen op het beeldscherm.

    4. Kies een bestemming en klik op Ga door.

    5. Klik in het scherm Eenvoudige installatie op Installeer.

    6. Voer het gebruikerswachtwoord in en klik vervolgens op OK.

      Alle benodigde toepassingen worden op de computer geïnstalleerd.

    7. Klik op Sluit wanneer de installatie is voltooid.

  2. Voeg de printer toe:

    1. Voor afdrukken via IP:

      Mac OS X 10.5 of hoger
      1. Ga via het Apple-menu naar een van de volgende onderdelen:

        • Systeemvoorkeuren >Afdrukken en scannen

        • Systeemvoorkeuren >Afdrukken en faxen

      2. Klik op +.

      3. Klik zo nodig op Voeg printer of scanner toe of Voeg ander printer of scanner toe.

      4. Klik op de tab IP.

      5. Typ het IP-adres van de printer in het adresveld en klik op Voeg toe.

      Mac OS X 10.4
      1. Blader in de Finder naar:

        Programma's >Hulpprogramma's

      2. Dubbelklik op Printerconfiguratie of Afdrukbeheer.

      3. Klik in de printerlijst op Voeg toe en vervolgens op IP-printer.

      4. Typ het IP-adres van de printer in het adresveld en klik op Voeg toe.

    2. Voor afdrukken via AppleTalk:

      Opmerkingen:

      • controleer of AppleTalk is ingeschakeld op de printer.
      • Deze functie wordt alleen ondersteund in Mac OS X 10.5 of lager.
      Mac OS X 10.5
      1. Ga in het Apple-menu naar:

        Systeemvoorkeuren >Afdrukken en faxen

      2. Klik op + en ga naar:

        AppleTalk > selecteer de printer in de lijst >Voeg toe

      Mac OS X 10.4
      1. Blader in de Finder naar:

        Programma's >Hulpprogramma's

      2. Dubbelklik op Printerconfiguratie of Afdrukbeheer.

      3. Kies Voeg toe in de printerlijst.

      4. Klik op de tab Standaardbrowser >Meer printers.

      5. Kies AppleTalk in het eerste voorgrondmenu.

      6. Kies Lokale AppleTalk-zone in het tweede voorgrondmenu.

      7. Selecteer een printer in de lijst en klik vervolgens op Voeg toe.