Reinig de lenzen van de printerkop als u problemen met de afdrukkwaliteit ondervindt.
Open de voorklep.
Verwijder alle cartridges uit de printer.
Let op—Kans op beschadiging: Raak het glanzende gedeelte van de fotoconductortrommel niet aan. Als u dit wel doet, beschadigt u wellicht de fotoconductor. |
Zoek de vier lenzen van de printerkop.
Reinig de lenzen met een busje perslucht.
Let op—Kans op beschadiging: Raak de lenzen van de printerkop niet aan. |
Plaats de inktcartridges terug in de printer.
Sluit de voorklep.