Mogelijk moet u een tonercartridge bestellen. Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Mogelijk moet u aangegeven tonercartridge zeer binnenkort vervangen. Raadpleeg het gedeelte “Supplies vervangen” in de Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade, controleer de instellingen voor het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer en raak vervolgens Papier vervangen voltooid aan. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Annuleer de afdruktaak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade, controleer de instellingen voor het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer en raak vervolgens Papier vervangen voltooid aan. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Annuleer de afdruktaak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade, controleer de instellingen voor het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer en raak vervolgens Papier vervangen voltooid aan. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Annuleer de afdruktaak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade, controleer de instellingen voor het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer en raak vervolgens Papier vervangen voltooid aan. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Annuleer de afdruktaak.
Voer op het bedieningspaneel van de printer een of meer van de volgende handelingen uit:
Selecteer Scannen vanaf de automatische invoer om direct door te gaan met het scannen via de ADI na de laatste voltooide scantaak.
Selecteer Scannen vanaf de flatbed om direct door te gaan met het scannen via de glasplaat na de laatste voltooide scantaak.
Selecteer Opdracht afmaken zonder nog te scannen om de laatste scantaak te voltooien.
Opmerking: De scantaak wordt hiermee niet geannuleerd. Alle correct gescande pagina's worden verder verwerkt, zodat u deze kunt kopiëren, faxen of e-mailen. |
Selecteer Taak annuleren om het bericht te wissen en de scantaak te annuleren.
Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Taken in de wachtrij zijn ongeldig vanwege een van de volgende mogelijke veranderingen op de printer:
De firmware van de printer is bijgewerkt.
De lade voor de afdruktaak is verwijderd.
De afdruktaak is verstuurd vanaf een flashstation dat niet meer op de USB-poort is aangesloten.
De vaste schijf van de printer bevat afdruktaken die zijn opgeslagen toen de schijf in een ander printermodel was geïnstalleerd.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Doorgaan om het bericht te negeren en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Annuleer de huidige afdruktaak. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Installeer extra printergeheugen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Vervang de beschadigde flashgeheugenkaart.
Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Doorgaan om het bericht te negeren en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Annuleer de huidige afdruktaak.
Selecteer Schijf formatteren op het bedieningspaneel van de printer om de vaste schijf van de printer te formatteren en het bericht te wissen. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Opmerking: Als u de vaste schijf van de printer formatteert, worden alle bestanden van de schijf verwijderd. |
Er is een niet-ondersteund USB-apparaat geplaatst. Verwijder het USB-apparaat en plaats daarna een ondersteund apparaat.
Er is een niet-ondersteunde USB-hub geplaatst. Verwijder de USB-hub en installeer daarna een ondersteund apparaat.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Zet de printer uit en vervolgens weer aan. Neem contact op met uw systeembeheerder of raadpleeg het gedeelte "Printer instellen voor faxen" in de Gebruikershandleiding als het bericht opnieuw wordt weergegeven.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Voltooi de installatie van de faxserver. Neem contact op met uw systeembeheerder als het bericht opnieuw wordt weergegeven.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Voltooi de analoge faxinstellingen. Neem contact op met uw systeembeheerder als het bericht opnieuw wordt weergegeven nadat u de installatie hebt voltooid.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Voltooi de analoge faxinstellingen. Neem contact op met uw systeembeheerder als het bericht opnieuw wordt weergegeven nadat u de installatie hebt voltooid.
Mogelijk moet u een beeldverwerkingseenheid bestellen. Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Mogelijk moet u de beeldverwerkingseenheid zeer binnenkort vervangen. Raadpleeg het gedeelte "Supplies vervangen" in de Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: De papierbron kan een lade of een invoerlade zijn. |
Probeer een of meer van de oplossingen:
Plaats het juiste papierformaat in de papierbron.
Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Doorgaan om het bericht te sluiten en om het bericht te sluiten en af te drukken vanuit een andere papierbron. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Controleer de lengte- en breedtegeleiders van de papierbron en of het papier op de juiste manier is geplaatst.
Zorg ervoor dat het juiste papierformaat en -soort staan ingesteld in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of in het dialoogvenster Afdrukken.
Controleer of het papierformaat en het papiersoort worden vermeld in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer.
Controleer of het papierformaat correct is ingesteld. Als Formaat U-lader bijvoorbeeld is ingesteld op Universal, dient u ervoor te zorgen dat het papier groot genoeg is voor de gegevens die u wilt afdrukken.
Annuleer de afdruktaak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om de defragmentatie te stoppen en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens uit het geheugen van de printer.
Installeer extra printergeheugen.
De printer heeft enkele wachttaken verwijderd om de huidige taken te kunnen verwerken.
Selecteer Doorgaan om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Verwijder andere taken in de wachtrij om extra printergeheugen vrij te maken.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel om het opgeslagen gedeelte van de taak af te drukken en om de rest van de afdruktaak te sorteren. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Annuleer de huidige afdruktaak.
Installeer extra printergeheugen of selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de invoer.
Afhankelijk van uw type printer raakt u Doorgaan aan of drukt u op om de boodschap te verwijderen en door te gaan met afdrukken.
Opmerking: Als er geen papier in de invoer ligt wanneer Doorgaan of ![]() |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de universeellader.
Afhankelijk van uw type printer raakt u Doorgaan aan of drukt u op om de boodschap te verwijderen en door te gaan met afdrukken.
Opmerking: Als er geen papier in de invoer ligt wanneer Doorgaan of ![]() |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat in de opgegeven lade.
Afhankelijk van uw type printer raakt u Doorgaan aan of drukt u op om de boodschap te verwijderen en door te gaan met afdrukken.
Opmerking: Als er geen papier in de invoer ligt wanneer Doorgaan of ![]() |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de universeellader.
Afhankelijk van uw type printer raakt u Doorgaan aan of drukt u op om de boodschap te verwijderen en door te gaan met afdrukken.
Opmerking: Als er geen papier in de invoer ligt wanneer Doorgaan of ![]() |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade of invoer.
Selecteer Papier geplaatst op het bedieningspaneel van de printer om de lade met papier van het juiste formaat of de juiste soort te gebruiken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Als de printer een lade vindt met papier van het juiste formaat en de juiste soort, wordt het papier uit die lade ingevoerd. Als de printer geen lade met papier van het juiste formaat en de juiste soort kan vinden, wordt de taak afgedrukt op het papier uit de standaardpapierbron. |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade of invoer.
Selecteer Papier geplaatst op het bedieningspaneel van de printer om de lade met papier van het juiste formaat of de juiste soort te gebruiken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Als de printer een lade vindt met papier van het juiste formaat en de juiste soort, wordt het papier uit die lade ingevoerd. Als de printer geen lade met papier van het juiste formaat en de juiste soort kan vinden, wordt de taak afgedrukt op het papier uit de standaardpapierbron. |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat in de lade of invoer.
Selecteer Papier geplaatst op het bedieningspaneel van de printer om de lade of invoer met papier van het juiste formaat te gebruiken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Als de printer een lade vindt met papier van het juiste formaat en de juiste soort, wordt het papier uit die lade ingevoerd. Als de printer geen lade met papier van het juiste formaat en de juiste soort kan vinden, wordt de taak afgedrukt op het papier uit de standaardpapierbron. |
Annuleer de actieve taak.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade of invoer.
Selecteer Papier geplaatst op het bedieningspaneel van de printer om de lade of invoer met papier van het juiste formaat en de juiste soort te gebruiken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Als de printer een lade vindt met papier van het juiste formaat en de juiste soort, wordt het papier uit die lade ingevoerd. Als de printer geen lade met papier van het juiste formaat en de juiste soort kan vinden, wordt de taak afgedrukt op het papier uit de standaardpapierbron. |
Annuleer de actieve taak.
Mogelijk moet u een onderhoudskit bestellen. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door.
Selecteer indien nodig Doorgaan om het bericht te sluiten en door te gaan met afdrukken. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door.
Selecteer indien nodig Doorgaan om het bericht te sluiten en door te gaan met afdrukken. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Mogelijk moet u aangegeven onderhoudskit zeer binnenkort vervangen. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door.
Selecteer indien nodig Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Taak annuleren op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Installeer extra printergeheugen.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen zonder af te drukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: nadat de printer opnieuw is opgestart, wordt geprobeerd faxen in de wachtrij af te drukken. |
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen en de faxtaak te annuleren. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Verlaag de faxresolutie en verzend de faxtaak opnieuw.
Verminder het aantal pagina's in de fax en verzend de faxtaak opnieuw.
Probeer een of meer van de oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om verder te gaan met afdrukken. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Schakel de printer uit en schakel de printer na ongeveer tien seconden weer in.
Werk de netwerkfirmware in de printer of afdrukserver bij. Ga naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com voor meer informatie.
Sluit de printer aan op een analoge telefoonlijn.
Opmerking: Het supplytype kan de tonercartridge of beeldverwerkingseenheid zijn. |
De printer heeft gedetecteerd dat een supply of onderdeel van een ander merk dan Lexmark in de printer is geïnstalleerd.
Uw Lexmark-printer werkt het beste met originele supplies en onderdelen van Lexmark. Wanneer u supplies of onderdelen van andere fabrikanten dan Lexmark gebruikt, kan dit negatieve gevolgen hebben voor de prestaties, betrouwbaarheid of levensduur van de printer en de beeldverwerkingsonderdelen van het apparaat.
Alle levensduurindicators zijn ontworpen om te functioneren met de supplies en onderdelen Lexmark. Als u supplies of onderdelen van andere fabrikanten gebruikt, kan dat tot onvoorspelbare resultaten leiden. Het gebruik van beeldverwerkingsonderdelen langer dan de beoogde levensduur kan uw Lexmark-printer of de desbetreffende onderdelen beschadigen.
Let op—Kans op beschadiging: Het gebruik van supplies of onderdelen van andere fabrikanten kan gevolgen hebben voor uw garantie. Schade die werd veroorzaakt door het gebruik van supplies of onderdelen van andere fabrikanten valt niet onder de garantie. |
Als u deze risico's wilt aanvaarden en wilt doorgaan met het gebruik van niet-originele supplies of onderdelen in uw printer, hou dan en de knop # op het bedieningspaneel van de printer gedurende 15 seconden gelijktijdig ingedrukt.
Bij printermodellen zonder aanraakscherm houdt u en
op het bedieningspaneel van de printer gedurende 15 seconden gelijktijdig ingedrukt om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken.
Als u deze risico's niet wilt aanvaarden, verwijder dan het supply of onderdeel van andere fabrikanten uit uw printer en vervang deze door een origineel supply of onderdeel van Lexmark.
Opmerking: Voor een lijst met ondersteunde supplies raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” in de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. |
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens uit het flashgeheugen.
Voer een upgrade uit naar een flashgeheugenkaart met een grotere capaciteit.
Opmerking: Geladen lettertypen en macro's die niet eerder zijn opgeslagen in het flashgeheugen, worden verwijderd. |
Raak op het bedieningspaneel van de printer aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op
om dit te bevestigen.
Ga voor meer informatie naar http://support.lexmark.com of neem contact op met de klantenondersteuning.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Controleer of de tonercartridge ontbreekt. Als dit het geval is, installeert u een nieuwe tonercartridge.
Raadpleeg het gedeelte “Supplies vervangen” in de Gebruikershandleiding voor meer informatie over het installeren van de cartridge.
Als de tonercartridge geïnstalleerd is, verwijdert u de tonercartridge die niet reageert en installeert u deze opnieuw.
Opmerking: Als het bericht wordt weergegeven nadat u het supply hebt teruggeplaatst, is de cartridge defect. Vervang de tonercartridge. |
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Controleer of de beeldverwerkingseenheid ontbreekt. Zo ja, dan installeert u de beeldverwerkingseenheid.
Voor informatie over het installeren van de beeldverwerkingseenheid, ziet u het gedeelte “Supplies vervangen” in de Gebruikershandleiding.
Als de beeldverwerkingseenheid geïnstalleerd is, verwijdert u de beeldverwerkingseenheid die niet reageert en installeert u deze opnieuw.
Opmerking: Als het bericht wordt weergegeven nadat u het supply hebt teruggeplaatst, is de beeldverwerkingseenheid defect. Vervang de beeldverwerkingseenheid. |
Verwijder de papierstapel uit de standaardlade. De printer stelt automatisch vast dat het papier is verwijderd en gaat door met afdrukken.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer als het bericht niet wordt gewist nadat u het papier hebt verwijderd. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Voer op het bedieningspaneel van de printer een of meer van de volgende handelingen uit:
Selecteer Taak annuleren om het bericht te wissen en de scantaak te annuleren.
Selecteer Scannen vanaf de automatische invoer om direct door te gaan met het scannen via de ADI na de laatste voltooide scantaak.
Selecteer Scannen vanaf de flatbed om direct door te gaan met het scannen via de ADI na de laatste voltooide scantaak.
Selecteer Opdracht afmaken zonder nog te scannen om de laatste scantaak te voltooien.
Selecteer Taak opnieuw starten om de scantaak opnieuw te starten met dezelfde instellingen als de vorige scantaak.
Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Vervang de tonercartridge om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de supply zijn geleverd of het gedeelte “Supplies vervangen” van de Gebruikershandleiding.
Opmerking: Als u geen vervangende tonercartridge hebt, raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” van de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. |
Installeer een tonercartridge die overeenkomt met de regiocode van de printer. x is de waarde voor de regio van de printer. y is de waarde voor de regio van de cartridge. x en y kunnen de volgende waarden hebben:
Opmerkingen:
Vervang de defecte beeldverwerkingseenheid om het bericht te wissen. Raadpleeg voor meer informatie het gedeelte “Supplies vervangen” in de Gebruikershandleiding of de instructies die bij het onderdeel of de supply zijn geleverd.
Opmerking: Raadpleeg het gedeelte Supplies bestellen van de Gebruikershandleiding als u geen vervangende beeldverwerkingseenheid hebt of ga naar www.lexmark.com. |
Vervang de beeldverwerkingseenheid om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de supply zijn geleverd of het gedeelte “Supplies vervangen” van de Gebruikershandleiding.
Opmerking: Als u geen vervangende beeldverwerkingseenheid hebt, raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” van de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. |
Voer op het bedieningspaneel van de printer een of meer van de volgende handelingen uit:
Selecteer Taak annuleren om het bericht te wissen en de scantaak te annuleren. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer Scannen vanaf de automatische invoer om direct door te gaan met het scannen via de ADI na de laatste voltooide scantaak. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer Scannen vanaf de flatbed om direct door te gaan met het scannen via de ADI na de laatste voltooide scantaak. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer Opdracht afmaken zonder nog te scannen om de laatste scantaak te voltooien. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer Taak opnieuw starten om de scantaak opnieuw te starten met dezelfde instellingen als de vorige scantaak. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
De printer vereist onderhoud. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door.
Vervang de tonercartridge en installeer een ondersteund exemplaar om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de supply zijn geleverd of het gedeelte “Supplies vervangen” van de Gebruikershandleiding.
Opmerking: Als u geen vervangende tonercartridge hebt, raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” van de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. |
Vervang de beeldverwerkingseenheid en installeer een ondersteund exemplaar om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de supply zijn geleverd of het gedeelte “Supplies vervangen” van de Gebruikershandleiding.
Opmerking: Als u geen vervangende beeldverwerkingseenheid hebt, raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” van de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. |
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer Herstellen op het bedieningspaneel van de printer om alle onderbroken taken te herstellen die zijn opgeslagen op de vaste schijf van de printer. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Selecteer Niet herstellen op het bedieningspaneel van de printer als u geen van de afdruktaken wilt herstellen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Druk af zonder de scanner of neem contact op met de systeembeheerder.
Voer op het bedieningspaneel van de printer een of meer van de volgende handelingen uit:
Selecteer Doorgaan met scanner uitgeschakeld om terug te gaan naar het startscherm en neem vervolgens contact op met uw systeembeheerder.
Selecteer Opnieuw opstarten en scanner automatisch inschakelen om de taak te annuleren.
Opmerking: hiermee wordt geprobeerd om de scanner in te schakelen. |
Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Verwijder het vastgelopen papier uit de scanner.
Verwijder het vastgelopen papier uit de scanner.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Controleer of u de juiste seriële kabel hebt voor de seriële poort en of deze goed is aangesloten.
Controleer of de parameters voor de seriële interface (protocol, baud, pariteit en databits) correct zijn ingesteld op de printer en de computer.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Schakel de printer uit en weer in.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Neem contact op met uw systeembeheerder als het bericht opnieuw wordt weergegeven. |
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om de opgegeven taak te wissen. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerking: Onderbroken taken die niet worden hersteld, blijven op de vaste schijf opgeslagen en zijn niet toegankelijk. |
Probeer een of meer van de oplossingen:
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om verder te gaan met afdrukken. Druk op printers zonder aanraakscherm op om te bevestigen.
Schakel de printer uit en weer in.
Werk de netwerkfirmware in de printer of afdrukserver bij. Ga naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com voor meer informatie.
Selecteer Doorgaan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te sluiten. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Opmerkingen:
Voer een van de volgende handelingen uit:
Installeer het ontbrekende supply om de taak te voltooien.
Annuleer de huidige taak.
Zet de printer uit.
Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Verwijder het extra flashgeheugen.
Steek de stekker van het netsnoer in een goed geaard stopcontact.
Zet de printer weer aan.
Zet de printer uit.
Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Verwijder de extra laden.
Steek de stekker van het netsnoer in een goed geaard stopcontact.
Zet de printer weer aan.
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Doorgaan om de defragmentatie te stoppen en verder te gaan met afdrukken. Druk bij modellen zonder aanraakscherm op om dit te bevestigen.
Formatteer het flashgeheugen.
Opmerking: Als het foutbericht niet verdwijnt, is het flashgeheugen mogelijk beschadigd en moet het mogelijk worden vervangen. |