Netwerkprinters configureren
U kunt het IP-adres van een printer die is verbonden met het netwerk instellen via een ingebouwde netwerkinterface (beschikbaar op bepaalde printers) of via een afdrukserver.
Opmerking: | als de printer al eerder is geconfigureerd, hoeft u de printer niet opnieuw te configureren als u deze wilt gebruiken. Dit geldt echter alleen als hetzelfde IP-adres door niemand anders wordt gebruikt. |
U configureert als volgt de printer in het dialoogvenster Printer selecteren:
- Open het hulpprogramma Lexmark 810 Series Utility.
- Selecteer Geavanceerd in de menubalk om het menu Geavanceerd weer te geven.
- Klik op Printer selecteren. Het dialoogvenster Printer selecteren wordt weergegeven.
- Selecteer de printer in de lijst en klik op Configureer. Het dialoogvenster Netwerkprinter configureren wordt weergegeven.
- Wijs een IP-adres toe aan de netwerkprinter. Neem contact op met de netwerkbeheerder voor meer informatie.
- Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Printer selecteren.
- Selecteer de printer in de lijst in het dialoogvenster Printer selecteren.
- Klik op Selecteer.
U configureert als volgt de printer in het dialoogvenster Netwerkprinter configureren:
- Open het hulpprogramma Lexmark 810 Series Utility.
- Klik op Geavanceerd in de menubalk om het menu Geavanceerd weer te geven.
- Klik op Netwerkprinter configureren. Het dialoogvenster Netwerkprinter configureren wordt weergegeven.
- Selecteer de printer in de lijst en klik op Configureer. Het dialoogvenster Netwerkprinter configureren wordt weergegeven.
- Wijs een IP-adres toe aan de netwerkprinter. Neem contact op met de netwerkbeheerder voor meer informatie.
- Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Netwerkprinter configureren.
- Als u een andere printer wilt configureren, selecteert u de printer in de lijst in het dialoogvenster Printer selecteren. Klik anders op Gereed.
Verwante onderwerpen
Afdrukserver via een netwerk
Netwerkproblemen oplossen
Lexmark 810 Series Utility
Menu Geavanceerd