Stap 1

Controleer of er een fout- of statusbericht op het display wordt weergegeven.

Wordt er een fout- of statusbericht weergegeven?

Wis het fout- of statusbericht.

Naar stap 2.

Stap 2

Controleer of het netsnoer is aangesloten op de printer en een geaard stopcontact.

Is het netsnoer aangesloten op de printer en een geaard stopcontact?

Naar stap 3.

Sluit het netsnoer aan op de printer en op een geaard stopcontact.

Stap 3

Schakel de printer uit en schakel de printer na ongeveer tien seconden weer in.

Worden Zelftest wordt uitgevoerd en Gereed weergegeven?

Het probleem is opgelost.

Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen.

Stap 1

Controleer of het document of de foto op de juiste manier is geplaatst.

Zorg dat het document of de foto linksboven op de glasplaat is geplaatst, met de bedrukte zijde naar beneden.

Is het document of de foto correct ingevoerd?

Naar stap 2.

Plaats het document of de foto met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.

Stap 2

Controleer of de instelling voor papierformaat overeenkomt met de grootte van het papier dat in de lade is geplaatst.

Controleer de instelling voor papiergrootte in het menu Papier.

Komt de instelling voor papierformaat overeen met de grootte van het papier in de lade?

Naar stap 3.

Verander de instelling voor papiergrootte zodat deze overeenkomt met de grootte van het papier dat in de lade is geplaatst of plaats papier in de lade die overeenkomt met de instelling voor papiergrootte.

Stap 3

1. Het papierformaat opgeven. Geef het papierformaat op via Voorkeursinstellingen voor afdrukken of het afdrukdialoogvenster, afhankelijk van het besturingssysteem.

2. Verzend de afdruktaak opnieuw.

Worden kopieën goed afgedrukt?

Het probleem is opgelost.

Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen.

Stap 1

Controleer of er een fout- of statusbericht wordt weergegeven op de display.

Wordt er een fout- of statusbericht weergegeven?

Wis het fout- of statusbericht.

Naar stap 2.

Stap 2

Controleer de kwaliteit van het originele document.

Is de kwaliteit van het originele document in orde?

Naar stap 3.

Verhoog de instelling voor de scanresolutie voor een betere kwaliteit van de uitvoer.

Stap 3

Als afdrukken donkere vlekken bevatten, reinigt u de glasplaat met een schone, stofvrije doek die met water is bevochtigd.

Is de glasplaat schoon?

Naar stap 4.

Raadpleeg De glasplaat reinigen.

Stap 4

Verzend een afdruktaak en controleer vervolgens op problemen met de afdrukkwaliteit.

1. Wijzig de instellingen voor de ecomodus in het menu Algemene instellingen.

2. Pas de instelling voor intensiteit aan in het menu Kopiëren.

3. Als de afdrukken vaag blijven, vervangt u de tonercartridge.

Is de afdrukkwaliteit in orde?

Naar stap 5.

Raadpleeg Problemen met de afdrukkwaliteit.

Stap 5

Controleer de plaatsing van het document of de foto.

Zorg dat het document of de foto linksboven op de glasplaat is geplaatst, met de bedrukte zijde naar beneden.

Is het document of de foto correct geplaatst?

Naar stap 6.

Plaats het document of de foto met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.

Stap 6

Controleer de kopieerinstellingen.

Controleer in het scherm Kopiëren of de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron correct zijn voor het document dat moet worden gescand.

Zijn de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron correct voor het document dat moet worden gescand?

Naar stap 7.

Wijzig de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron zodat deze overeenkomen met het document dat moet worden gescand.

Stap 7

Controleer de afdruk op patronen.

1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:

   Kopiëren >Scherpte > selecteer een lagere instelling

   Opmerking: Zorg ervoor dat de functie voor het aanpassen van de schaal niet is ingeschakeld.

2. Verzend de kopieertaak opnieuw.

Bevatten de afdrukken patronen?

Naar stap 8.

Het probleem is opgelost.

Stap 8

Controleer de afdrukken op ontbrekende of vage tekst.

1. Pas in het scherm Kopiëren de instellingen voor het volgende aan:

   • Scherpte: verhoog de instelling voor scherpte.

   • Contrast: verhoog de instelling voor contrast.

2. Verzend de kopieertaak opnieuw.

Ontbreekt er tekst op de afdrukken of bevatten de afdrukken vage tekst?

Naar stap 9.

Het probleem is opgelost.

Stap 9

Controleer op fletse of overbelichte uitvoer.

1. Pas in het scherm Kopiëren de instellingen voor het volgende aan:

   • Achtergrond verwijderen: verlaag de huidige instelling.

   • Intensiteit: verhoog de huidige instelling.

2. Verzend de kopieertaak opnieuw.

Zijn de afdrukken flets of overbelicht?

Contact klantenondersteuning.

Het probleem is opgelost.

Controleer of er blokkades zijn tussen de scannereenheid en de printer.

1. Til de scannereenheid op.

2. Verwijder eventuele blokkades die de scannereenheid openhouden.

3. Laat de scannereenheid zakken.

Is de scannereenheid goed gesloten?

Het probleem is opgelost.

Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen.