Terug naar Hoofdpagina

Afdrukkwaliteit verbeteren

Als u niet tevreden bent met de afdrukkwaliteit van het document, controleert u eerst de volgende punten:

• Gebruik het juiste papier voor het document. Gebruik bijvoorbeeld fotopapier als u een foto wilt afdrukken.
• Gebruik zwaarder, helderwit of coated papier.
• Selecteer een hogere afdrukkwaliteit:
1. Kies Archief Print in de toepassing.
2. Kies Kwaliteitsmedia in het voorgrondmenu in de linkerbovenhoek.
3. Klik op Beter of Best in het menu Afdrukkwaliteit.

Als het document nog steeds niet de gewenste afdrukkwaliteit heeft, volgt u deze stappen:

1. Verwijder de inktcartridges en plaats ze vervolgens weer terug.
   1. Verwijder de inktcartridges.
   2. Installeer de inktcartridges.
   3. Lijn de inktcartridges uit.
   4. Druk het document opnieuw af.
2. Reinig de spuitopeningen van de inktcartridge.
   1. Plaats papier in de Alles-in-één. Zie Papier en speciaal papier in de Alles-in-één plaatsen voor meer informatie.
   2. Open het hulpprogramma Lexmark 2200 Series Utility.
   3. Klik op Spuitopeningen reinigen op het tabblad Cartridges. Er wordt een testpagina afgedrukt, waarbij inkt door de spuitopeningen wordt geperst om verstopte openingen te ontstoppen.
   4. Druk het document nogmaals af om te controleren of de kwaliteit is verbeterd.
3. Veeg de spuitopeningen en contactpunten schoon. Als de afdrukkwaliteit na het reinigen van de spuitopeningen niet beter is, kan er opgedroogde inkt op de spuitopeningen of contactpunten zitten.
   1. Verwijder de inktcartridges.
   2. Maak een schone zachte doek vochtig.
   3. Houd de doek voorzichtig ongeveer drie seconden tegen de spuitopeningen en veeg de spuitopeningen schoon in de aangegeven richting.
      
      
   4. Houd een ander schoon gedeelte van de doek voorzichtig ongeveer drie seconden tegen de contactpunten en veeg de contactpunten schoon in de aangegeven richting.
      
      
   5. Herhaal stap c en d met een schoon gedeelte van de doek.
   6. Laat de spuitopeningen en de contactpunten volledig opdrogen.
   7. Plaats de cartridges terug in de Alles-in-één.
   8. Druk het document opnieuw af.
   9. Als de afdrukkwaliteit nog niet is verbeterd, herhaalt u de procedure bij stap 3 nog maximaal twee keer.
   10. Wanneer de afdrukkwaliteit nog altijd niet naar wens is, vervangt u de inktcartridges.